In 2015 schreef toenmalig hoofdredacteur Ruben Claesen “Vergankelijke glorie”: een dystopische voorspelling over de VUB in 2027 waar oude koten gesloopt worden, lesopnames hoorcolleges vervangen en torenhoge huurprijzen dagelijkse kost zijn voor de toekomstige generatie ‘crisiskids’. Nu lijkt het er op dat die macabere toekomstvoorspelling stilaan de realiteit heeft ingehaald. In het academiejaar 2023-2024 verhoogt de VUB haar huurprijzen van €371,80 naar €408,30 per maand. Bart Geelen, afdelingshoofd van de Dienst Huisvesting, geeft duiding.
Tekst: Isla Howie & Amelia Keymeulen
Beeld: Jane Frippiat
Hoe komt het dat de huurprijzen voor koten momenteel de pan uit swingen?
Bart Geelen: “Het probleem ligt bij de vraag en het aanbod. Het aantal studenten is enorm gestegen en dus ook het aantal kotstudenten, maar de hoeveelheid koten in Brussel is niet op dezelfde manier geëvolueerd. Er zijn 115.000 studenten in Brussel, waarvan ongeveer 45.000 kotstudenten. Je komt dus al gauw op een tekort van ongeveer 20.000 koten. De markt heeft niet geanticipeerd op die groeiende nood aan koten. Nu moet er dus bijgebouwd worden, en veel. De VUB heeft daarop geanticipeerd door de XY-koten bij te bouwen, maar dat volstaat niet.”
Wat vindt de Dienst Huisvesting ervan dat de prijzen van de VUB-koten steeds meer de prijzen van de privémarkt lijken te benaderen?
“Onze prijzen stijgen sterk, maar die van de privémarkt stijgen nog meer. De gemiddelde prijs voor een basiskamer op de privémarkt is 475 euro exclusief kosten; de VUB gaat naar 408 euro inclusief kosten. Door de inflatie, koopkracht en energiekosten zijn er enorme prijsstijgingen die ook een zware impact op de studenten hebben. Het is echter niet juist om te zeggen dat we insluiten op de privémarkt.”
De laatste tijd stagneren de energieprijzen. Toch toch drijft de VUB haar prijzen op.
“In 2022 heeft de energiecrisis alles verzwaard. Ook de uitgestelde inflatie van het post-coronamoment speelt een rol. Tijdens corona heeft de overheid alles gesubsidieerd, maar die rekening wordt op een gegeven moment gepresenteerd. Opeens sloegen de inflatie en energieprijzen helemaal door en de VUB moest daarin meegaan. We hoopten dat de energieprijzen op een bepaald punt zouden stagneren, maar jammer genoeg moesten we inkopen voor het volgende jaar.
De VUB koopt – in groepsaankoop – megawattuur in bulk aan om de prijs zo laag mogelijk te houden. Die groep beslist samen het gunstigste moment om aan te kopen. Aangezien de piek in oktober 2022 lag, wou de VUB zich daarvoor behoeden en hebben ze die megawattuur aangekocht in augustus 2022. Het was ontzettend duur en die prijzen worden dan ook doorgevoerd. Achteraf gezien hebben we die stroom op een slecht moment aangekocht, maar we hadden natuurlijk geen glazen bol.
Hoe wordt de huurprijs berekend?
“De vroegere prijs van 320 euro was niet meer houdbaar. Wij trachten breakeven te werken, met onderhoud, renovaties en energiekosten, en dus moest het model herberekend worden. In februari kwamen we met de Studentenraad overeen om de kosten voor uitbatings- en dienstverlening jaarlijks te indexeren en dat de energie bepaald wordt door verbruikscijfers en onze contracten die het volgende jaar lopen. Zo wouden we onzekerheid en onverwachte, hoge prijsstijgingen vermijden en kwamen we aan een nieuw evenwichtsmodel. Maar dat ligt veel hoger dan voordien.”
Had de VUB mogelijkheden om de prijs niet zo sterk te laten stijgen?
“Nee, eigenlijk niet. We hebben een reservefonds, waar een deel van je huurprijs naartoe gaat. De renovatie van Schoofslaan zal daar bijvoorbeeld mee bekostigd worden. Maar we moesten tijdens corona zoveel van ons reservefonds uitbesteden, bijvoorbeeld aan de twee maanden huurcompensatie, dat er geen ruimte meer was.”
Vanwaar het grote verschil in vergelijking met de huurprijzen van andere universiteiten?
“De prijzen van VUB zijn inderdaad het hoogst. Dat kun je deels verklaren door de hoge bouwkosten in Brussel. De XY-blok is nieuwbouw, waardoor de prijs verhoogt. Het is ook belangrijk om de juiste zaken te vergelijken. Zo stellen de KU Leuven en de UAntwerpen hun ‘budgetvriendelijke huurprijzen’ voor volgend jaar op 272 en 282 euro, maar dat is de gesubsidieerde prijs. Wij werken op een andere manier. Elke universiteit krijgt een pot voor sociale doeleinden om uit te besteden. De VUB (en UGent) kiezen beide om te werken met een huurtoelage. Als je sociale noden hebt, dan kun je een aanvraag doen en per maand tot 140 euro toelage krijgen. In Leuven is dat rechtstreeks berekend in de huurprijs, wat het moeilijker maakt om te bepalen wat de basishuurprijs nu exact bedraagt. De duurste kamers van de Leuvense studenten die geen toelage krijgen bedragen 398 euro. Dat is slechts twintig euro verschil. Wij zijn dus in vergelijking wel duurder, maar dat komt ook door externe factoren.”

© Jane Frippiat
Welke maatregelen nemen jullie om studenten te ondersteunen?
“De huurtoelage stijgt, maar jammer genoeg niet evenredig met de verhoging van de kotprijzen. Twee jaar geleden was die 90 euro, vorig jaar hebben we dat proberen matchen met de prijsstijgingen en zijn we naar 130 euro gegaan. We kunnen dat echter niet blijven optrekken, want de pot die we krijgen van de overheid groeit niet mee. Dat is trouwens het geval voor elke Vlaamse hoger onderwijsinstelling. De ondersubsidiëring van het hoger onderwijs: daar zit volgens mij de kern van het probleem.
Volgend jaar zal de huurtoelage voor een VUB-kot 140 euro bedragen. Voor iemand die op kot zit bij VUB-partner Brik of Bruko, waarvan we weten dat ze kwalitatief en sociaal correct zijn, kun je tot 160 euro per maand krijgen, maar dan moet je wel voldoen aan de huurtoelagevoorwaarden. Het is zeer frappant dat een huur- en studietoelage pre-covid de maandelijkse kosten dekte zoals verblijf, boeken, eten en transport, maar dat is nu niet meer het geval.
Recent zijn er enkele mails uitgegaan van internationale studenten die geen plek hebben omdat er voorrang wordt gegeven aan eerstejaars. Hierdoor hebben sommigen geen betaalbar kot ter beschikking, terwijl een deel van de eerstejaarsstudenten misschien op dichtere afstand van de universiteit woont. Is dat gerechtvaardigd?
“Nieuwe generatiestudenten krijgen voorrang, of ze nu nationale of internationale studenten zijn. Er is wel een verschil met een zij-instromer; iemand die elders al een bachelor of master heeft behaald en dan naar hier komt. Zij zitten allemaal in hetzelfde schuitje en krijgen geen voorrang van ons. Het voorrangssysteem is opgesteld op basis van wie de meeste hulp nodig heeft om een kot te zoeken als ze naar de universiteit komen. Dat zijn de eerstegeneratiestudenten die Brussel meestal nog niet zo goed kennen.
Internationale studenten hebben misschien al ervaring met zoeken naar een kot, maar niet in Brussel. Daarbij komt ook dat Brussel een zeer dure stad is om in te wonen. Het is een jungle om je weg in te vinden.”
Bent u dan van mening dat het huidige prioriteitsysteem goed is?
“Het toewijzingsbeleid zal prioritair worden herzien. Voordien was er nog een aanzienlijk deel van de vierde categorie (studenten die nooit eerder op een VUB-kamer hebben gezeten, nvdr.) aan wie we een kot konden geven, en zeker de internationale studenten. Sinds dit jaar slagen we er niet meer in om alle studenten tot en met categorie drie (heraanvragers die reeds een tweede jaar op een VUB-kot zitten of gezeten hebben en een derde jaar aanvragen, nvdr.) een kot te geven, wat voordien wel het geval was. Toen kon je in de praktijk drie jaar blijven, maar dat is voorbij. De vraag is te groot en het aantal nieuwe generatiestudenten groeit. Er zijn meer achttienjarigen en nu kan ook vrijwel iedereen studeren, terwijl er vroeger nog sociale of culturele barrières waren.
We zien ook dat de VUB een enorme aantrekkingskracht uitoefent op internationale studenten, maar er zijn te weinig koten om onze ambities waar te maken. Momenteel wordt 28% van onze koten gehuisvest door internationale studenten. Dan moeten we het toewijzingsbeleid aanpassen en vooral bijbouwen. Maar je zult altijd een andere doelgroep moeten benadelen als je een andere voortrekt. Met het ‘International Relations Office’ proberen we nu masterstudenten uit het buitenland ook wat tegemoet te komen door 65 kamers aan de kant te zetten voor hen.
Die keuzes hebben ook een impact op de samenstelling van de groep studenten die op koten blijven. Neem nu het verschil tussen Etterbeek en Jette. In Jette zijn de vraag naar en het aanbod van koten meer in evenwicht en kunnen studenten gemiddeld vijf jaar blijven, wat bijna een volledige studie is – als alles goed gaat. Als we in Etterbeek zakken naar een gemiddelde van 2,5 jaar, krijgt ons technisch en onderhoudspersoneel in de zomer een grotere werklast door het grote aantal kamers dat ze moeten klaarmaken. In Jette hebben we dus beduidend minder werk.”

© Jane Frippiat
Is er een mogelijkheid om enkele gratis diensten, zoals bijvoorbeeld de gratis vuilniszakken, af te schaffen om kosten te besparen?
“Wat is essentiële dienstverlening? Dat willen we graag met de studenten bespreken. Nu laten we bijvoorbeeld pakjes leveren bij de studentenhuizen die ons schoonmaak- en technisch personeel dagelijks sorteert en aan de juiste bewoner bezorgt. Zij zouden hun tijd anders kunnen benutten. Ook poetsen we nu bijvoorbeeld één keer per week de gemeenschappelijke ruimtes. Moet dat meer zijn? Dan kan het misschien nog net wat netter en gezelliger worden, maar dan gaat de kost weer omhoog.
Een andere vraag is: welke regels willen we invoeren? We hebben studenten die duurzaam omspringen met energieverbruik, maar er zijn ook studenten die er zich weinig van aantrekken. Als universiteit moeten we duurzame keuzes maken, met bijvoorbeeld de recent geïnstalleerde zonnepanelen, maar ook studenten moeten hun steentje bijdragen. We kunnen natuurlijk individuele tellers installeren, maar dat is dan weer een grote investering en een manier om de studenten te begrenzen en controleren. Ik zou liever hebben dat de student meezit in dat verhaal.”
Kan de VUB meer studentenjobs aanbieden aan kotstudenten die het financieel moeilijk hebben?
“Ja, dat doen we momenteel al. Op een bepaald moment wordt dat ook een noodzaak. We hebben voor de komende zomer bijvoorbeeld enkele voltijdse studenten die helpen met de schoonmaak van de kamers, alsook iemand die hier aan de balie van Huisvesting werkt. We kunnen studenten zeker extra werk laten uitvoeren, maar jobs zoals die van elektriciens en loodgieters kun je niet uitbesteden.”
Wat zijn de toekomstplannen van de VUB?
“Met het Usquare Plan komen er 465 koten bij, waarvan ⅔ voor de ULB en ⅓ voor de VUB. Die verdeling komt er omdat de hele site een nieuwe campus zal vormen, waarvan de gebouwen onderling worden verdeeld. Het is geen optie om bij te bouwen op de campus, om het groene karakter te behouden.
Ook moeten hogeronderwijsinstellingen zelf meer verantwoordelijkheid nemen om hun studenten te voorzien van koten. In tegenstelling tot de VUB, die in 2019 nog 350 extra kamers heeft gerealiseerd, zijn er instellingen in Brussel die de laatste jaren hun studentenhuizen hebben gesloten in plaats van bijgebouwd. Zij sturen dan drie- tot vierhonderd studenten de privémarkt op. Dat is wat we willen vermijden met Usquare: we willen nog meer plaats voor studenten om te verblijven. Maar we kunnen ook niet blijven bijbouwen, dat zijn hele zware leningen en investeringen.
Een derde optie is om een studentenresidentie in te richten met een private partner. Dat bespaart de eigenaar veel kosten, want die moet bijvoorbeeld niet meer promoten. Zo heeft LUCA School of Arts ook al enkele gebouwen in samenwerking met een partner van Upkot en dat werkt goed. Naar mijn mening hebben zij daarmee veel goeds gedaan, want zo konden ze een aanzienlijk deel van hun studenten een kamer aanbieden. De VUB voorziet momenteel ongeveer 23% van haar studenten van kamers. Maar het mag zeker meer zijn. Het is zeker mogelijk om in Schaarbeek, Anderlecht, of ergens halverwege te gaan bouwen.”
Is er verder nog iets dat u graag kwijt wil?
Graag licht ik nog het sociale aspect van onze koten toe. Zo hebben we sinds drie jaar een kotcoach, wat een grote verbetering is voor veel nieuwe studenten die het sociaal wat moeilijker hebben. Zij hebben erg veel aan hem. Ook als het wat stroef loopt binnen de units kan hij erg behulpzaam zijn.
0 Comment