Tweedehands winkelen is al een tijdje in opmars. Kringwinkels, melting pots en vintage stores schieten in alle uithoeken van het land als paddenstoelen uit de grond. Maar elke medaille heeft een keerzijde: tweedehandskleren worden door deze stijgende populariteit ook steeds duurder. Is het wel ethisch verantwoord om (gratis) verkregen kledij voor meer geld door te verkopen? Voor de maand van De Kringwinkel ging ‘de Moeial’ op inspectie.
Tekst: Lupé Van Rijmenant en Kjenta Vangampelaere
Beeld: Kjenta Vangampelaere
Tweedehands winkels trekken menig hip geklede jongeren naar zich toe met authentieke stukken uit vervlogen tijden. Ook apps als Vinted en United Wardrobe, in het leven geroepen om gedragen kledij een nieuw leven te geven, zijn populairder dan ooit. Die toenemende populariteit zorgt ook voor een stijging in de prijzen. Zo kost een jurk uit een keten als Think Twice al snel meer dan twintig euro en ook in De Kringwinkel zien we de prijzen stijgen. Tweedehandsspullen verliezen zo hun oorspronkelijke doel, want deze winkels en ook online weggeefgroepen worden voornamelijk gebruikt door personen uit de middelste lagen van de samenleving. Dit zorgt voor ‘de gentrificatie’ van het tweedehands shoppen, ofwel het aantrekken van meer kapitaalkrachtige kopers.
Wat maakt tweedehands hip?
Kringen, iets waar in vroegere jaren wel eens op neergekeken werd, is weer razend hip. En vooral bij de jongere generatie: “Uit een onderzoek van De Kringwinkel, Troc.com, 2dehands en Cashconverters blijkt dat 45,2 procent van de -34-jarigen in 2019 iets tweedehands kocht”, vertelt Eva Verraes, directeur van HERW!N, de koepel van de Kringwinkels. Ook op sociale media kunnen we er niet omheen. Onder de hashtag ‘#TweedehandsEerstekeus’ lanceerde De Kringwinkel haar eerste jongerencampagne; gedragen door verscheidene Belgische influencers. Daaronder ook Veerle Dejaeger, actrice uit de razend populaire reeks ‘WTFock’. Het Instagramaccount van de VUB-studente telt meer dan 100.000 volgers. Haar post om de Dag Van de Kringwinkel te promoten, werd door meer dan 30.000 fans geliket.
Maar waar komt die hernieuwde populariteit vandaan? Dat een flared jeans die effectief uit de jaren zeventig komt, gretig gekocht wordt door jongeren is volgens Trendwatcher Hilde Francq eigenlijk niet zo bijzonder: “We worden overspoeld met vintage-invloeden van op de catwalks en bingen massaal series als ‘Stranger Things’ en ‘Peaky Blinders’ die zich afspelen in de jaren stilletjes.” Anderen doen het ook gewoon om uniek te zijn: “Ik koop vooral tweedehands om unieke stukken te scoren. Als je in de H&M of Zara shopt, is de kans groter dat iemand anders hetzelfde kledingstuk draagt”, vertelt Nena, die regelmatig thrift.
“In het geval van Kringwinkels doet een hogere prijs de wenkbrauwen fronsen.”
Daarnaast is de huidige generatie zich steeds bewuster van wat ze kopen en welke gevolgen die aankopen hebben op het klimaat. Vier op de tien tweedehands kopers geven aan dat dit hun motivatie is om te kringen in plaats van bij goedkope fast fashion ketens te shoppen. Fast fashion verwijst naar het bedrijfsmodel van retailers als Primark en Zara. Deze winkels produceren een bijna constante stroom aan kleding om heel snel in te spelen in op de laatste trends. De productie van fast fashion en kleding in het algemeen heeft een negatieve weerslag op zowel het milieu als op de samenleving. Zo is de modeindustrie verantwoordelijk voor maar liefst 8 procent van de mondiale uitstoot van broeikasgassen. “Het enorme waterverbruik, de textielafvalberg en de CO2-uitstoot brengen een grote impact op het klimaat met zich mee”, schrijft MO*. Bovendien krijgen kledingarbeiders van winkels als H&M gemiddeld een loon dat slechts 0,6 procent van de verkoopprijs van hun items bedraagt. Ook duurdere merken als Chanel en Dolce & Gabbana maken zich schuldig aan zeer goedkope, of zelfs dwangarbeid.
Door als koper de verleiding van goedkope fast fashion te weerstaan, hopen we de druk op de samenleving én op het milieu te beperken. We kopen zero waste producten in de natuurwinkel en shoppen tweedehands in plaats van nieuwe kledij aan te schaffen bij grote ketens. Het wordt vaak als gangbaar geaccepteerd dat deze ‘goede daden’ duurder zijn dan het alternatief, maar in het geval van Kringwinkels doet een hogere prijs de wenkbrauwen fronsen.
Retro, maar nieuw geprijsd
Wij geven toe: ook onze kleerkasten puilen uit met items die we kochten in tweedehandswinkels of marktjes. Tweedehands staat dan ook vaak, maar niet altijd, gelijk aan goedkoop. Wie twee jaar geleden twintig euro spendeerde tijdens een uitstap naar De Kringwinkel, kwam dan thuis met een bomvolle tote bag, gevuld met kledij van alle mogelijke merken. Vandaag de dag lijkt in sommige kringwinkels de inhoud van die zak opvallend geslonken.
In bepaalde Kringwinkels wordt elk kledingitem met een herkenbaar etiket – denk hierbij zowel aan Zara of C&A, als aan (namaak)broeken van Dolce & Gabbana – ook voelbaar duurder geprijsd. Toch zeggen medewerkers van De Kringwinkel trouw te blijven aan de missie van hun werkgever: “We merken dat het minder taboe is om hier te winkelen en we dus ook meer jonge bezoekers over de vloer krijgen. Maar die populariteit wil niet zeggen dat we onze basisprijzen verhogen. Het blijft ons belangrijkste doel om mensen die het minder breed hebben betaalbare kledij aan te bieden”, vertelt een medewerkster van De Kringwinkel.
“Tweedehands winkelen is gewoon populairder geworden en daar spelen we op in om er zelf ook meer voordeel uit te halen.”
Romain (medewerker Brusselse tweedehandsketen)
Klinkt mooi, maar vertaalt dit ook in de praktijk? Afgelopen zaterdag trok een Moeialler naar haar lokale kringwinkel in het Hageland om deze uitspraak aan een test te onderwerpen. “Ik was op zoek naar een nieuwe rok en spotte een leuk exemplaar”, vertelt ze. “Binnenin de rok hing een etiket waar ‘Hennes’ op was gedrukt, wat erop wijst dat het kledingstuk afkomstig is uit de H&M – Hennes & Mauritz.” Een snelle zoekopdracht toont aan dat een rok in gelijkaardige stijl momenteel voor ongeveer tien tot twaalf euro nieuwprijs over de toonbank gaat. In De Kringwinkel kostte deze rok acht euro. “Het voelt wel alsof het item dat ik kocht exclusiever is, doordat het uit een wat oudere collectie komt. Toch begrijp ik de frustratie wel: voor slechts twee euro meer kan je een ongedragen item krijgen dat misschien langer meegaat.”
Naast De Kringwinkel, zijn ook tweedehands ketens enorm populair bij jongeren. Een van de bekendste in deze categorie is Think Twice, een dochteronderneming van het Litouwse Humana. In hun online mission statement beschrijft de keten zichzelf als voorstander van duurzame, maatschappelijk verantwoorde en betaalbare kledij. Dit laatste element lijkt steeds meer vragen op te roepen. Romain is medewerker bij een andere, gelijkaardige keten in Brussel en wil ons te woord staan: “Ik werk hier nu al drie jaar en onze prijzen zijn inderdaad aanzienlijk gestegen. Tweedehands winkelen is gewoon populairder geworden en daar spelen we op in om er zelf ook meer voordeel uit te halen. Dat is een vraag-aanbod principe.”
Kritiek
Ook op Twitter zorgde het duurder worden van tweedehandskleding recent nog voor veel commotie. Onderstaande tweet werd meer dan 250 keer gedeeld. De twitteraar klaagt aan dat door het stijgen van de prijzen, het aan- en verkopen van tweedehands kledij haar doel verloren heeft. Waar het vroeger een goedkoper alternatief bood voor winkels als H&M of Pull & Bear, lijken de prijzen steeds dichter naar elkaar toe te groeien.
Hiermee wordt het eerder genoemde fast fashion argument in vraag getrokken. Wanneer we mensen willen mensen aanmoedigen om minder fast fashion – en dus ethischer – te shoppen, verwijzen we vaak naar tweedehandswinkels. Beter voor het klimaat is het vermoedelijk wel, maar hoe ethisch is tweedehands nog wanneer er ook daar steeds meer winstbejag lijkt te zijn en het voor mensen met een lager inkomen steeds minder toegankelijk wordt?
“We kunnen tweedehandsketens en Kringwinkels niet over dezelfde kam scheren.”
Volgens medewerker Romain klopt dat argument voor Kringwinkels, maar niet per se voor vintage ketens: “Je mag een vintagewinkel niet vergelijken met een Kringwinkel óf een modeketen als H&M.” Terwijl Kringwinkels kledij en andere goederen betaalbaarder moeten maken voor mensen met een lager inkomen, zouden vintagewinkels een publiek aantrekken dat bereid is iets meer te betalen voor duurzaamheid. “Onze klanten geven een kledingstuk een tweede leven en willen geen deel uitmaken van de soms slechte productieomstandigheden waarin kleding wordt gemaakt voor grote modebedrijven,” vertelt Romain.
Sommigen verklaren de hoge prijzen dus doordat dergelijke tweedehands winkels bijdragen aan het verkleinen van de afvalberg: “Er wordt op deze manier minder kledij weggegooid”, merkte een twitteraarster op. We toonden eerder al aan dat we dit argument echter ook kunnen omkeren: door de hogere prijzen in winkels als Spullenhulp of De Kringwinkel, zouden mensen met een lager inkomen hun heil steeds vaker in fast fashion stores zoeken.
We kunnen tweedehandsketens en Kringwinkels dus niet over dezelfde kam scheren. Al blijven we toch twijfelen aan het oorspronkelijke doel van zulke winkels. Het antwoord op onze vraag of het duurder doorverkopen van (vaak gratis verkregen) kleren wel ethisch verantwoord is, is dus niet eenduidig.
0 Comment