Deze editie treedt Zwanzer in de voetsporen van Fierabras Lommerlandt. Het was deze legendarische avonturier die tijdens zijn ontdekkingsreis door de Brusselse betonjungle in 1992 ontdekte dat de VUB niet één, maar drie campussen heeft. Vele bewoners van Campus Etterbeek twijfelen vandaag de dag nog steeds aan het verhaal van Fierabras en het bestaan van de andere campussen. Om aan alle twijfel een einde te stellen, herhaalt Zwanzer zijn beroemde tocht, op zoek naar waarheid, kennis en avontuur.
Ik ontdekte het logboek van Fierabras Lommerlandt geheel toevallig in de VUB-bibliotheek. Ik was in feite op zoek naar een monografie over toegepaste talen uit fictieve ex-Sovjetstaten. Na een lange zoektocht ontdekte ik echter dat het boek in kwestie vier jaar geleden helaas werd meegenomen door aliens en daarna nooit meer is teruggebracht. De zoektocht leverde wel iets anders op: tussen de stapels boeken die op de verkeerde plaats stonden, lag een klein, vergeeld en schimmelend boekje met het opschrift: ‘De reyzen doorheen den Bruschelschen betonnen oerbos en den ontdekking der nieuwe campuschen, door Fierabras Lommerlandt (Brussels university press, 1993)’.
Dit is het werk waarin de beroemde avonturier zijn ontdekkingstocht langs de Brusselse campina beschrijft. Fierabras was een moedig, maar miskend wetenschapper, die enkele jaren geleden spoorloos verdween tijdens een zoektocht naar investeringen in faculteit LW. Niemand weet of hij nog leeft. Het bleek niet mogelijk om hem te contacteren; herhaaldelijke oproepen met mijn ouijabord leverden in ieder geval niets op. Het verslag van zijn legendarische reis is spannend en merkwaardig. Helaas werden zijn bevindingen nooit door iedereen serieus genomen. En een gewaagde theorie zoals het bestaan van andere campina stootte op veel ongeloof van de conservatieve studenten die nooit het eiland Etterbeek verlaten. Ik besloot dus zijn tocht opnieuw te maken en voor eens en altijd Fierabras in ere te herstellen. Geleid door zijn logboek ga ik op een queeste langsheen de verschillende universitaire campina van de VUB.
Het mythische Jette
Recente archeologische opgravingen hebben reeds bewezen dat Fierabras effectief als eerste een voet aan wal zette in Jette. Hij stelde zich ook toen al de vraag hoe het komt dat er een andere campus bestaat zo ver van Etterbeek. Vele wetenschappers hebben na Fierabras’ tocht proberen te verklaren waarom de twee campina (meervoud van campus) in godsnaam elk aan een andere kant van Brussel liggen. Een gewaagde theorie van professor Eustache Vandervander uit 2004 stelt dat er ooit een meteoriet is ingeslagen in Etterbeek, waardoor de twee campina werden gesplitst en langzaam uit elkaar dreven, zonder hierna nog contact te hebben met het vasteland. Ook Fierabras had zijn eigen kijk op de zaak: “Campus Jette moest initieel waarschijnlijk naast die in Etterbeek gebouwd worden. De bouwheer, geheten Dréke Patapoef, stond echter bekend om zijn liefde voor rozenbottelthee in combinatie met artificiële harddrugs. Naar alle waarschijnlijkheid hield hij hierdoor het bouwplan ondersteboven waardoor de Faculteit Geneeskunde en Farmacie aan de andere kant van Brussel kwam te liggen.” Enkel diepgravend wetenschappelijk onderzoek zal kunnen uitwijzen of Fierabras gelijk had.
“Het lijkt wel alsof mijn maaginhoud uit platgekookte voze ravioli bestaat waar satan himself met een buitenboordmotor door roert terwijl Isabelle A al zingend de inhoud van mijn blaas naar mijn hersenen pompt”
Fierabras Lommerlandt
Een reis naar het afgelegen Jette moet in 1992 allesbehalve evident geweest zijn en ook vandaag nog is het lang niet vanzelfsprekend de campus te bereiken. Fierabras wilde zijn moedige tocht aanvankelijk met de fiets ondernemen, maar moest zijn expeditie al snel staken door de vele hindernissen die zijn pad kruisten. De betonjungle zit namelijk vol gevaren: slechte wegen, auto’s die fout geparkeerd zijn en fietspaden die plots verdwijnen in het midden van de weg, maakten het Fierabras onmogelijk Jette te bereiken. Wel legde het de basis voor zijn theorie dat Brussel niet plat is, zoals lang werd aangenomen, maar dat er wel degelijk een paar lelijke kutbergoppen zijn. Gelukkig vond de pientere avonturier een andere en snellere manier om de andere campus te bereiken, een procedé dat ik nu ook zal gebruiken. In zijn logboek staat beschreven: “men neme 17 Duvels en drinke het op binnen het half uur. De reiziger zal merken dat men vanzelf wakker wordt in het universitair ziekenhuis dat door de Jetse campusbevolking gerund wordt.” Het is niet duidelijk of Fierabras deze toverformule zelf heeft uitgevonden of ze heeft overgenomen uit oude alchemisme boeken, maar ze blijkt zeer efficient. Ik moest de handeling helaas enkele malen herhalen om in het juiste hospitaal terecht te komen.
De eerste woorden van Fierabras in Jette zijn intussen legendarisch: “Wat de godverdomse fuck voor een verschrikkelijk mensonterende horrorkater heb ik toch?! Het lijkt wel alsof mijn maaginhoud uit platgekookte voze ravioli bestaat waar satan himself met een buitenboordmotor door roert terwijl Isabelle A al zingend de inhoud van mijn blaas naar mijn hersenen pompt. Maar bon, waar is hier de bar?” Door nieuwsgierigheid geleid ging de avonturier al vrij snel op pad in het onbekende. Ook ik besluit na vier weken kunstmatige coma eens een kijkje te nemen op de campus. Het contact met Etterbeek heeft er duidelijk voor gezorgd dat de primitieve studenten tegenwoordig aangepast zijn aan de moderne noden, al staan ze op sommige zaken wel nog duidelijk achter. Zo blijkt dat ze in Jette tegenwoordig nog een kotendorp hebben. Monotone grijze woonblokken zonder ziel zijn een moderniteit die hier duidelijk nog niet is doorgedrongen.
Het verborgen heiligdom Kaai
Na een verblijf van vier weken tussen de Jetse studentenpopulatie vervolgde onze held zijn reis. Fierabras had reeds een vermoeden van het bestaan van een derde campus door de migratiepatronen van de Etterbeekse studentenpopulatie te observeren. Zeer opvallend was dat mechanicastudenten enkele keren per week plots verdwenen, vaak in het midden van de lesdag. De conclusie van Fierabras was eenvoudig: deze studenten zijn allen orthodoxe aanhangers van de orde van de ‘Tech Nih Ka’ die verschillende uren per week naar hun heiligdom ‘Kaai’ in Anderlecht moeten gaan om er hun oppergod ‘Fabh-lap’ te eren. De weg naar deze heilige campus bleek een stuk eenvoudiger, zo lees ik in het logboek van Fierabras: “De inventieve studenten hebben blijkbaar een ingenieus netwerk van tunnels onder de betonjungle aangelegd waar zij via een speciaal spoorvoertuig eenvoudig heen en weer kunnen reizen”.
Na een tocht van vele dagen door deze tunnels kwam de avonturier aan in Kaai. Omdat ik niet meer zoveel plaats heb om te schrijven, besluit ik de weg vlugger af te leggen en leen ik een helikopter via het VUB-wagenpark. De mechanicastudenten blijken doordacht te werk gegaan te zijn en verborgen hun tempel in een vestiging van Erasmushogeschool Brussel. Dat is goed gezien. Een campus waar de opleiding ‘musical’ gedoceerd wordt, had ik in andere omstandigheden liever gemeden. Toch besluit ik door te zetten en dring ik het gebouw binnen zoals Fierabras dat voor mij deed. Een doolhof van gangen brengt me uiteindelijk bij de mysterieuze derde Campus van de VUB.
Ten tijde van Fierabras’ aankomst in de kaai werd de ingang nog bewaakt door twee waakganzen. Tegenwoordig zijn deze uiteraard vervangen door een moderner en efficiënter alternatief. Wanneer ik door de deur wil opent er een luikje waaruit vier wezels gewapend met lazer shooters en kettingzagen op me afstormen. Een lang en episch gevecht later kom ik nog relatief ongehavend binnen in de grote werkplaats van de mechanicastudenten. Fierabras had minder succes. De ganzen hadden hem lelijk te pakken en zijn rechteroog alsook zeven tenen waren niet meer te redden. Dat lag mee aan het feit dat professoren en assistenten in de mechanica, die dagelijks met allerhande boren en zagen werken, afgesneden lichaamsdelen toendertijd nog niet zo ernstig achtten. Daarin kwam pas verandering na het ernstige drankautomaat-incident van 2001.
De sterke bewaking is begrijpelijk: in de werkplaats, Fablab genaamd (Samentrekking van ‘Fabolous’ en ‘Laboratory’) bevat vele kostbare en dure apparaten. Zo staan er lasercutters, 3D-printers, een portaal naar een andere dimensie, een koffiezetapparaat dat 14 soorten koffie kan zetten en dergelijke meer. Overal zitten studenten die druk bezig zijn achter hun computers met het bekijken van memes of het spelen van spelletjes. De campus is groter dan ze op het eerste zicht lijkt: er zijn verschillende zalen, opslagplaatsen en leslokalen. De VUB heeft echter het plan opgevat om deze campus binnenkort te verplaatsen. Waarschijnlijk zal heel campus Kaai over enkele jaren worden ondergebracht in een deel van de grijze campuskoten, samen met een uitgebreide bar van ‘VroomVroom koffie’ en een wassalon.
Latere reizen
Etterbeek, Jette en Kaai. Dit zijn de drie campina die de VUB telt. Fierabras zette zijn tocht echter niet stop. In volgende reizen ging hij op zoek naar nog nieuwe campina, ditmaal met minder succes. Een vierde campus in Gooik bleek slechts een onbewoond eiland. Verder ontdekte hij nog een campus in het centrum van Brussel, maar dat bleek een kolonie van de KULeuven te zijn, zo kon Fierabras afleiden uit de sterk ontwikkelde dikke nek van de studenten. ‘Campus café de Schijtpoort’ bleek uiteindelijk geen echte campus, maar de naam werd gegeven vanwege de vele professoren die er aan de toog hangen. Ten slotte wijst Fierabras er ook op dat hersenspinsels zoals Campus Cantus of Camplantis (een campus die verzonken zou zijn in de vijvers van Elsene, n.v.d.r) met klem naar het rijk der fabelen verwezen dienen te worden.
Dus beste studenten, laat dit artikel een leidraad zijn om het eiland Etterbeek te verlaten en zelf eens op verkenning te gaan. Studenten op andere campina bijten niet (op enkele uitzonderingen na). Hopelijk is de eer van Fierabras Lommerlandt hersteld en krijgt hij eindelijk de waardering die hij verdient.
0 Comment