Cinema in het centrum

De zomer zit er weer op, het wordt kouder en de neerslag zorgt ervoor dat we liever binnen blijven. Elke avond thuis in de zetel liggen is ook maar saai, dus waarom niet eens een bezoekje aan de cinema?

© Sophie Paulissen, de Moeial
Brussel heeft meer te bieden dan enkel de grote, commerciële multiplexen van Kinepolis of UGC waar enkel grote Hollywood-blockbusters vertoond worden. In feite is deze stad een paradijs voor filmliefhebbers. In de jaren 1940 tot 1970 kende Brussel ontelbare cinemazalen. Een bioscoop bestond meestal slechts uit één zaal, die plaats bood aan een groot publiek. Vijftig jaar geleden moest de cinema de concurrentie aangaan met het nieuwe medium: de televisie. Hierdoor moesten mensen hun huizen niet meer verlaten om bewegend beeld te zien. De cinemazalen in het centrum werden kleiner, maar talrijker. Op die manier ontstond de mogelijkheid tot een gevarieerder aanbod van films. Dit is dan ook de tijd waarin de eerste multiplexen verschenen. Dit zijn bioscopen met meerdere zalen. De eerste megaplex in Europa, een bioscoop met minstens twintig zalen, was Kinepolis Brussel. Deze opende in 1988 met plek voor 6442 bezoekers, verspreid over 25 zalen.

Hoewel veel wijkbioscopen toch de deuren moesten sluiten door de grote druk van megaplexen en de televisie, zijn er nu nog sporen van vroegere zalen te vinden in het straatbeeld. Een afdakje boven de deur kan er bijvoorbeeld op wijzen dat er vroeger een cinema verscholen zat in het pand. Ook staat de naam soms nog steeds op de gevel vermeld, zoals dit het geval is bij de MONNAIE op de Arenbergstraat. In de Nieuwstraat, waar nu ZARA haar kleding probeert aan de man te brengen, zat van 1932 tot 1993 de exclusiviteitsbioscoop Metropole, een uitbreiding van hun hotel op hetzelfde adres. Deze zaal bood plaats aan 3000 toeschouwers en was daarmee de grootste cinemazaal in België. De bioscoop moest zijn deuren sluiten om plaats te maken voor een kledingketen, ondanks de vele protesten hiertegen.

Onvergetelijke cinema-ervaring

© Sophie Paulissen, de Moeial
Voor de mooiste zaal van Brussel moet je naar de UGC de Brouckère gaan. De Eldorado werd in 1932 in art déco-stijl ontworpen door de architect Marcel Chabot en de muurdecoratie werd verzorgd door Maurice Wolf en Van Neste. De gouden sculpturen stellen de voormalige Belgische kolonie, Congo, voor in de jaren ‘30 van de 20ste eeuw. In 1932 bood de zaal plaats aan 2700 bezoekers. Door de opkomst van televisie moest de cinema aan uitbreiding denken en in 1977 nam ze Scala, de cinema ernaast, over. Hierdoor hadden ze zeven zalen ter beschikking, wat het mogelijk maakte een gevarieerder programma aan te bieden. Toch bleek dit niet voldoende, want in 1992 opende de UGC de Brouckère met tien zalen die plek bieden aan 92 tot 766 man. De grote Eldorado-zaal is dus jammer genoeg wel opgesplitst. Hoewel de zaal nu kleiner is dan in zijn beginjaren is hij nog steeds erg indrukwekkend.

Het tegenovergestelde van deze mooie, gouden cinemazaal kom je tegen bij Cinema NOVA, de place-to-be voor alternatieve filmliefhebbers in de Arenbergstraat. De zaal wordt al sinds 1997 gerund door vrijwilligers, waardoor onafhankelijke producties vertoond kunnen worden die elders niet commercieel genoeg zijn. Verwacht je in elk geval aan een zaal die eruitziet als een bouwwerf en een avond ongemakkelijk zitten op oncomfortabele stoeltjes. Dit draagt wel bij tot een onvergetelijke cinema-ervaring.

© Sophie Paulissen, de Moeial

Avontuurlijke stoeltjes

Wanneer je echte klassiekers uit de filmgeschiedenis wilt zien, kan je terecht bij Cinematek of Cinema RITCS. Cinematek is in het bezit van de grootste filmcollectie in Europa en elke dag vertonen ze zeven tot tien films, waaronder ook steeds een stille film die begeleid wordt met pianomuziek. Dit is uniek in Europa. Ook Cinema RITCS in de Antoine Dansaertstraat opent haar deuren opnieuw voor het publiek nu het academiejaar terug begonnen is. Hun zaal is uitgerust met de nieuwste digitale projectietechnologieën en biedt plaats aan 125 kijkers. Het leuke is dat de meeste films worden ingeleid door filmexperten of docenten van het RITCS. Meestal volgt nog een nabespreking. Voor studenten kost het slechts €2 om een filmpje mee te pikken en voor €20 kan je naar 15 voorstellingen gaan. Geen reden dus om thuis te blijven. Weer een excuus om het kot te verlaten en het studeren even verder uit te stellen.

Hoewel je het misschien niet verwacht, vind je ook in de verschillende galerijen in het centrum twee cinema’s. In de louche Gallerie du Centre bevindt zich naast de nagelsalons en seksshops ook Cinema Aventure. Dit is een onafhankelijke cinema met drie zalen en een gevarieerd programma. Er wordt bovendien gezegd dat zij de beste stoeltjes hebben in heel Brussel. In de chique Koninginnegallerij vind je Cinema Galléries, die zich inzet voor de belangen van de Europese film. De bioscoop heeft twee zalen en tevens een kleine studio  met vijftien plaatsen in de kelder, die ook gebruikt wordt als expositieruimte.

Bioscooppaleis

© Sophie Paulissen, de Moeial
Ten slotte ligt in de Anspachlaan, net tegenover de Beurs, midden in de voetgangerszone, Le Palace, die vroeger de naam Pathé Palace droeg. Deze cinemazaal werd in 1913 in geometrische art nouveau-stijl gebouwd naar de plannen van Paul Hamesse. In die tijd was het de grootste zaal in het centrum die plaats bood aan maar liefst 2500 toeschouwers, een waar bioscooppaleis dus. De zaal kent evenwel een turbulente geschiedenis. Doorheen de tijd werd het gebouw grondig gewijzigd door Rie Haan en heeft Bauknecht er zelfs jarenlang huishoudtoestellen verkocht. In 1999 werd het pand weer gebruikt voor filmvertoningen door Kladderadatsch. Helaas zonder al te veel succes waardoor het gebouw werd opgekocht door de Franse Gemeenschap. Van 2002 tot 2004 diende het als Théatre National de Belgique, maar in 2007 werden er plannen gesmeed om er opnieuw een cinema in te huizen. Dit project werd uiteindelijk in 2016 gefinancierd door de Waalse-federatie Brussel, met een budget van 18 miljoen euro voor de renovatiewerken. In december zal Le Palace opnieuw zijn deuren openen voor het publiek.

In het centrum van Brussel liggen uiteenlopende cinemaschatten onder je neus verborgen. Wanneer je dus nog eens overweegt een avondje naar de film te gaan, kies dan niet meteen voor de grote bioscoopcomplexen met een programma dat naderhand toch wel op Netflix verschijnt.

0 Comment