Op maandag 11 mei vond in de Commissie een hoorzitting plaats over het burgerinitiatief. Op 3 juni oordeelt de Commissie definitief over het voorstel.
Internationaal komt er steeds meer kritiek op het gebruik van proefdieren bij de ontwikkeling van medicijnen voor menselijk gebruik. Niet alleen dierenrechtenactivisten willen een eind maken aan dierproeven, ook de groep wetenschappers die vindt dat er dringend meer en betere alternatieven moeten komen groeit. Ze willen dat niet enkel om dierenleed te voorkomen, maar ook omdat steeds meer vragen rijzen over de effectiviteit van proefdierexperimenten.
Muizen zijn de populairste proefdieren. Volgens cijfers van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid worden in drie kwart van de gevallen knaagdieren gebruikt voor dierproeven. In 2013 kwam dat in België neer op zo’n 481.000 muizen en ratten. Voor Europa zijn die cijfers ongeveer hetzelfde: 61 procent van de proefdieren zijn muizen, veertien procent ratten. Jaarlijks worden er in de EU ongeveer twaalf miljoen proefdieren gebruikt.
Are you a man or a mouse?
De New York Times publiceerde vorig jaar een artikel waarin verschillende wetenschappers naar aanleiding van een grootschalige studie over de effectiviteit van muizen als proefdier, kritiek uitten op het gebruik van knaagdieren. Dokter H. Shaw Warren onderzocht in eerste instantie hoe muizen en mensen reageerden op bloedvergiftiging, brandwonden en andere verwondingen. Toen hij zijn paper afrondde in 2003 concludeerde hij dat de genen van muizen en mensen helemaal niet gelijkaardig reageren.
Hij kreeg veel kritiek op deze eerste studie en besloot daarop meer onderzoek te doen naar bloedvergiftiging. Opnieuw was er weinig correlatie tussen de reactie van mens en muis. Warren zegt in het artikel dat de studie “niet wil zeggen dat al het onderzoek op muizen nutteloos is, maar dat het wel vragen oproept over het bestuderen van ziekten die het immuunsysteem beïnvloeden, zoals bijvoorbeeld kanker.” Intussen blijven wetenschappers dit soort bewijzen opstapelen: paracetamol, een pijnstiller voor mensen, maar dodelijk voor muizen. 95 procent van de stoffen die bij muizen geneeskrachtig werken, blijken in klinische studies ongeschikt als medicijn voor de mens. De methodologische basis van dierenproeven wordt hiermee onderuitgehaald: er zou geen “biologisch model” van de mens bestaan.
De League of European Research Universities (LERU) is fel tegen het burgerinitiatief. De vereniging van 21 Europese universiteiten, met de KU Leuven als enig Belgisch lid, riep de Europese Commissie en het Europees Parlement in een persbericht met de onheilspellende titel Beware of your dreams, for they may come true… op om geen gehoor te geven aan Stop Vivisection. “Het burgerinitiatief is gebaseerd op valse informatie en is een gevaar voor het wetenschappelijk onderzoek in Europa. Het doel van Stop Vivisection is om dierproeven geheel te verbieden met als gevolg dat al het onderzoek dat zich baseert op dierproeven zal wegtrekken uit Europa”, vreest LERU. Europa zou zo haar leidinggevende positie in biomedisch onderzoek onvermijdelijk verliezen.
De LERU beschuldigt het burgerinitiatief van het verspreiden van ‘onjuiste en onwetenschappelijke informatie’. Maar de organisatie legt verder niet uit wat er dan onjuist of onwetenschappelijk is. De secretaris-generaal en de gespecialiseerde stafmedewerker van de LERU waren beide niet bereikbaar voor commentaar. “Zij hebben het helaas te druk”, aldus communicatieverantwoordelijke Bart Valkenaers.
Farmaceutische ijstijd
Hoewel er de afgelopen twintig jaar geen afname in dierproeven te bespeuren valt, spreken academici wel van een ‘farmaceutische ijstijd’, een tijdperk met steeds meer onderzoek, maar steeds minder nieuwe medicijnen in de apotheek. The Guardian sprak met wetenschappers die deze ijstijd proberen te beëindigen, juist door te stoppen met dierproeven.
Dat er zo veel tijd en geld nodig is om nieuwe geneesmiddelen te ontwikkelen ligt volgens sommigen aan de manier waarop de farmaceutische industrie werkt. Er zou een cultuur heersen die slecht is voor innovatie. Anderen beweren dat wetenschappers in de vroege fase van medicijnontwikkeling de verkeerde tools gebruiken en daarom de verkeerde medicijnen testen op mensen.
De Association of the British Pharmaceutical Industry berekende dat het wel twaalf jaar kan duren en 1,15 miljard pond (zo’n 1,61 miljard euro) kan kosten eer een medicijn op de markt komt. Om een geneesmiddel te ontwikkelen zijn er gemiddeld 25.000 stoffen getest, zijn er voor 25 medicijnen klinische studies geweest en zullen er een stuk of vijf geneesmiddelen ook voorbij de regulator komen. Uiteindelijk wordt er dan eentje op de markt gebracht door een farmaceutisch bedrijf. En zelfs dan kan het geneesmiddel vanwege bijwerkingen alsnog worden ingetrokken.
Er zijn al voorbeelden van succesvolle alternatieven voor dierproeven. Hurel Corporation, een privébedrijf dat materiaal voor biomedische analyses ontwikkelt, heeft bijvoorbeeld in samenwerking met cosmeticaconcern L’Oréal al chips ontwikkeld die dieren overbodig maken voor het testen van cosmetica. En Emulate, een spin off van het Wyss instituut aan Harvard University, ontwikkelt chips die menselijke organen nabootsen. In een interview met The Guardian legt professor Donald Ingber, directeur van het Wyss instituut uit hoe het werkt: “We plaatsen de cellen en vloeistoffen die nodig zijn om een orgaan precies na te bootsen op een flexibele siliconen chip. Die kunnen we dan met elkaar verbinden, zodat je een ‘mensenchip’ creëert. Zo boots je precies na hoe het menselijk lichaam op een bepaald geneesmiddel reageert.”
Universiteiten en instellingen die erg gekant zijn tegen het burgerinitiatief, wijzen op de grote historische merites van proefdierexperimenten. Emil von Behring, winnaar van de eerste Nobelprijs voor de Geneeskunde in 1901, ontdekte door proeven op cavia’s het geneesmiddel voor difterie. Ziekten als tuberculose, diabetes, lepra en polio zijn te genezen dankzij dierproeven. Ook de meeste Nobelprijswinnaars na Von Behring hebben geëxperimenteerd op dieren. Alternatieven zoals computersimulaties zouden vandaag de dag bovendien onvoldoende ontwikkeld zijn om dierproeven volledig te vervangen. Testen op levende organismen blijft essentieel om de interactie tussen verschillende organen te begrijpen, aldus protesterende universiteiten en laboratoria.
De sector benadrukt ook de substantiële inspanningen waartoe ze zich reeds engageerden. “We moeten al voldoen aan hoge ethische en wetenschappelijke standaarden die de Europese richtlijn ons oplegt”, vindt LERU. Sinds de herziening van de Europese wetgeving voor de bescherming van proefdieren in 2010, moeten wetenschappers zich aan drie grondregels, de drie v’s, houden: vervanging, vermindering en verbetering. Bovendien zijn dierenproeven om cosmetica te testen in de EU sinds 2009 verboden én werd de import van cosmetische producten die wel op dieren getest zijn in 2013 volledig stilgelegd.
One of us
Het is niet de eerste keer dat de wetenschappelijke wereld een burgerinitiatief angstvallig onthaalt. Vorig jaar nog kropen de Vlaamse rectoren eendrachtig in de pen tegen het burgerinitiatief ‘One of us’ dat een verbod op embryonaal onderzoek bepleitte. Dat zou een doorbraak in de genezing van ziektes als parkinson en diabetes via stamcelonderzoek onherroepelijk belemmeren. Opvallend: met One of us en Stop Vivisection, gaan twee van de tot nu toe drie burgerinitiatieven die het tot de Europese Commissie schopten over ethiek en wetenschappelijk onderzoek. De manifesten van beide initiatieven beroepen zich op het onvoorwaardelijke recht op leven.
0 proeven in 2020
Op 11 mei begon de hoorzitting in het Europees Parlement achter gesloten deuren. In de namiddag mochten geïnteresseerden de zitting bijwonen. Voorstanders van het burgerinitiatief vulden de achterste rijen stoelen in een zaal van het József Antall-gebouw. Ze lieten zich duidelijk horen door MEP’s die voor dierproeven pleitten uit te jouwen en de vertegenwoordigers van het burgerinitiatief van luid applaus te dienen. De voorzitter van dienst, de Pool Czestaw Siekierski (MEP namens de Poolse Volkspartij, in de EU onderdeel van de christendemocratische fractie) probeerde de enthousiaste toehoorders tot stilte te manen, maar slaagde daar maar deels in.
De parlementsleden ontvingen het burgerinitiatief vrijwel unisono hartelijk, maar lang niet iedereen was het ook eens met de eis om vivisectie te stoppen. Veel parlementsleden verwezen naar de successen van dierproeven.
“Vaccinaties voorkomen per jaar zo’n twee à drie miljoen overlijdens. Dierproeven hebben voor heel wat doorbraken gezorgd”, zegt Nobelprijswinnaar Françoise Barre-Sinoussi, als expert aanwezig op de hoorzitting. “Soms zijn onderzoeken inderdaad misleidend, maar ligt dat aan de methode of aan de wetenschapper zelf? Mijn specialisme is onderzoek naar HIV. Lange tijd gebruikten we in ons onderzoek de verkeerde variabelen, waardoor de proeven niet succesvol waren. Dat had met onze methode niets te maken.”
Ook Ray Greek, dierenarts en voorzitter van de organisatie Americans for Medical Advancement (AFMA) was uitgenodigd om zijn visie te geven. De AFMA, die naar eigen zeggen als doelstelling hebben de geneeskunde te verbeteren door wetenschappelijk onderzoek te verbeteren, is geen dierenrechtenorganisatie maar profileert zich wel als tegenstander van dierproeven. “Alle argumenten die in het voordeel van dierproeven pleiten, zijn gebaseerd op claims over vroegere successen. Dat is nu net het probleem: het zijn beweringen. Ik kan beweren dat ik op de maan gelopen heb, maar dat heb ik nooit gedaan.
Ik heb minstens twintig papers geschreven over de efficiëntie van dierproeven en telkens kom ik tot de conclusie dat ze maar een kleine rol spelen bij grote doorbraken in de geneeskunde. Het vaccin voor polio had er zelfs veertig jaar eerder kunnen zijn, als de experimenten op apen onderzoekers niet op het verkeerde been hadden gezet. 0,004 procent van de proeven op dieren leiden uiteindelijk naar een geneeskundige toepassing.”
Leden van de groene fractie in het parlement waren kritisch over de huidige EU-richtlijn, maar de algehele stemming suggereert niet dat de EU een absoluut verbod op dierproeven zal invoeren. De initiatiefnemers van Stop Vivisection lijken dat ook niet te verwachten. In zijn slotwoord tijdens de hoorzitting zei Gianni Tamino, een van de organisatoren, dat ze vooral willen dat de EU serieus werk maakt van de zoektocht naar alternatieven. De huidige wetgeving dwingt dat niet voldoende af. “Wij willen dat dierproeven tegen 2020 niet langer noodzakelijk zijn. De EU-richtlijn zou elke verwijzing naar de noodzaak van dierproeven moeten verwijderen.” Zijn collega-organisator André Menache trad hem bij: “Dierproeven zijn geen noodzakelijk kwaad. De bevolking zal dit kwaad niet langer tolereren.”
0 Comment