Bij de ballen

Bij tijd van schrijven is er nog geen definitief cijfer, maar aan een hoger inschrijvingsgeld twijfelt niemand meer. Al maanden voelen studenten zich als een wanhopige patiënt bij de dokter, die moet wachten op de uitslag. Je weet dat het slecht nieuws is, maar tussen slecht en heel slecht nieuws zit nog een wereld van verschil.

Duizend euro zal het niet worden. Die symbolische grens durft minister van Onderwijs Crevits (CD&V) niet te overschrijden. Tegelijk is het tekenend dat zelfs in deze discussie met symbolen wordt geschermd. Alsof 999,99 euro een geste is. Bovendien zal de indexatie er sowieso voor zorgen dat we over een jaar of vier toch die magische grens zullen overschrijden, ervan uitgaande dat het bedrag rond de 950 euro zal liggen.

Achter de schermen heeft het huidige vertegenwoordigingsmodel zijn grenzen bereikt. De balans tussen overheid, instellingen en studenten is inherent onevenwichtig. De discussie rond het opschorten van de opleidingsvisitaties is illustratief: studentenkoepel VVS wordt minutieus uit de besprekingen gehouden. Ook wat betreft de inschrijvingsgelden, waar VVS tegen is, zal het bakzeil halen.

Anders is het voor de universiteiten. Zij kunnen wel onderhandelen. De VUB mist zo’n vier miljoen euro door de uitschakeling van het groeipad, en moet ook nog eens vier miljoen besparen. Natuurlijk mag daar wat tegenover staan. De visitaties voor opleidingen met twee positieve beoordelingen worden opgeschort, wat voor universiteiten een vermindering van de planlasten betekent. En je kan er donder op zeggen dat VUB-rector Paul De Knop een soepeler taalregeling uit de brand zal slepen.

Rectoren zullen het nooit voor de camera’s toegeven, maar eigenlijk vinden zij de verhoging van de inschrijvingsgelden helemaal zo erg niet. Liever dat, dan te moeten besparen op, pakweg, onderwijzend personeel.

De verenigde studentenvertegenwoordiging daarentegen heeft niks om over te onderhandelen. Geen universiteit met honderden docenten, geen kennismotor van honderden onderzoekers, geen tewerkstelling van duizenden personeelsleden. Het enige wat studenten kunnen doen, is vriendelijk verzoeken. Met een besparingsregering als Bourgeois-I wordt dat algauw met aandrang verzoeken.

Totdat het besef binnensluipt dat al die verzoeken op dovemansoren stuiten. En dan komen we op straat. Zoals op 2 oktober, toen er zo’n 3000 studenten door Brussel trokken. VVS was oprecht verbaasd: zelf had de vereniging maar duizend man verwacht.

Maar zoals dat gaat bij de dokter, is het slechte nieuws enkel het begin van de ellende. Daarna moet de omgeving worden ingelicht. De besparingen worden preciezer, de kaasschaaf wordt bovengehaald. Of de botte bijl: het aanmoedigingsfonds, bedoeld voor gelijke kansen en diversiteit en bijvoorbeeld aangewend ter wille van studenten met een functiebeperking, is met een pennentrek van het budget weggestreept. 6,6 miljoen euro: geschrapt. Een veeg die mensen hun job zal kosten.

Voor de VUB bedragen die besparingen op studentenvoorzieningen 200.000 euro.

Men vergeet wat besparingscijfers doen met een mens: je zit ermee in de maag, kan er niet van slapen. Nu de cijfers voor de verschillende studentenvoorzieningen in Vlaanderen bekend zijn, zal menig diensthoofd zich in die woorden kunnen herkennen. Prijzen van de resto, huurprijzen van VUB-koten, sociale toelagen: alles komt ter discussie, elke cent wordt omgedraaid.

0 Comment