Wat is de houdbaarheidsdatum van eentalig onderwijs?

Professor Piet Van De Craen is voorstander van meertalig onderwijs
© Vrije Universiteit Brussel
Begin september zijn 25 secundaire scholen ingetreden in CLIL, wat staat voor Content and Language Integrated Learning. Leerlingen op die scholen krijgen er een niet-taalvak in een vreemde taal onderwezen. Een goede methode om de taalvaardigheid te bevorderen volgens veel onderzoekers, maar toch blijven er sceptici.

Op 14 oktober organiseerde de alumnivereniging van de faculteit Letteren en Wijsbegeerte een debat rond meertalig onderwijs. Een hot topic dat Jean Surmont (K.A Pegasus), Piet Van De Craen (TALK-VUB), Katrien Mondt (Innoviris), Elisabeth Meuleman (Groen) en Koen Daniëls (N-VA) samenbracht in een geanimeerde discussie.

Meertalig onderwijs is een praktijk waarmee onze buren meer ervaring hebben. In Wallonië bestaat het gelijkaardige EMILE al sinds 1998 en in Nederland bestaat CLIL al 25 jaar.

Het is niet moeilijk

“De organisatie is niet moeilijk”, informeert Katrien Mond. Het moeilijke is om leerkrachten goed op te leiden. In Brussel kunnen scholen de moeilijke eerste stap zetten door uitwisselingsprojecten te organiseren tussen Franstalige en Nederlandstalige leerkrachten. “Het is broodnodig dat Vlaanderen een inhaalbeweging maakt”,  voegt Groen-politica Elisabeth Meuleman eraan toe.

Piet Van De Craen , professor aan de VUB en pionier in CLIL is in 2001 al begonnen door STIMOB op te richten: stimulerend meertalig onderwijs in Brussel. Hij is er van overtuigd dat Brussel zijn eigen leraren moet kunnen kweken.

N-VA-politicus Koen Daniëls blijft sceptisch. Hij vindt dat meertalig onderwijs kwalitatief moet zijn en dat we niet naïef in het bootje moeten stappen. “Eén taal, één omgeving”, zo moet het zijn wat Daniëls betreft. “Leerlingen zijn niet in staat om het vak én de taal aan te leren. Ze moeten eerst het Nederlands goed beheersen om een andere taal te kunnen leren.”

Dat klinkt als onzin in de oren van Jean Surmont, die in Oostende al vier jaar immersieonderwijs geeft. Hij ondervond een sterke stijging in de resultaten van leerlingen die voordien moeilijkheden hadden. “Door bepaalde vakken in een andere taal te geven, zijn de B-attesteringen van elf naar slechts vijf procent gedaald.” Leerlingen hebben zo geen schrik meer om te spreken in een vreemde taal en ze worden er niet op afgerekend, zoals in de taalles. Ook de neurolinguïstiek heeft al aangetoond dat CLIL-studenten een meerwaarde ervaren tijdens latere studies en dat meertaligheid voordelig is.

De evolutie

CLIL staat nu stevig in zijn schoenen en secundaire scholen hebben het recht om een CLIL-traject aan te bieden, maar de nieuwe regering is niet van plan om meertalig onderwijs verder uit te breiden naar het basis- of kleuteronderwijs. Kinderen van die leeftijd hebben nochtans een beter vermogen om snel een taal aan te leren. Door CLIL leer je impliciet de taal en het menselijk brein heeft organisatiecapaciteiten die dat toelaten. “Wie er tegen is, remt de evolutie af”, reageert Van De Craen ad rem. Het garandeert een betere manier en hogere kansen om te slagen, maar ouders moeten ook inzien dat een CLIL-traject evenwaardig is aan een doorsnee traject.

Bovendien scoren heel wat leerlingen op het einde van hun secundair bijzonder slecht op Frans en dat is weggegooid geld. CLIL biedt daar een oplossing voor. De enige voorwaarde is leerkrachten goed klaarstomen. Daniëls stelt dat het voor leerlingen die goed scoren wel een extra uitdaging kan zijn, maar hij kan niet inzien hoe zwakkere leerlingen daar iets aan kunnen hebben. Surmont weet dat wel: “CLIL verbetert niet enkel de kennis, maar ook de openheid naar andere culturen. Vlaamse leerlingen zouden zo minder afkeer hebben voor het Frans.”

Meertaligheid en integratie

“Nederlands biedt kansen, Nederlands bindt”, dat blijft de overtuiging van Daniëls. Van De Craen herhaalt dat de bedoeling van CLIL niet is om onderwijs aan te bieden in een thuistaal. Leren is verbindingen maken en hoe meer je talen beheerst, hoe beter je brein daarin wordt. Zo constateren onderzoekers dat zelfs het Nederlands bij anderstaligen verbetert door de CLIL-aanpak.

Meertaligheid is een pluspunt op de internationale arbeidsmarkt en biedt integratiemogelijkheden. Een vorm van onderwijs die dit op prijs stelt is noodzakelijk conform aan dat aanbod.  Het moeilijke is om de eerste stap te zetten naar immersieonderwijs en om leerkrachten een aangepaste opleiding te geven. Voorstanders blijven hopen dat het een actueel debat blijft en dat politici meertaligheid als een educatieve meerwaarde beschouwen.

0 Comment