Studentenraad: “Alle studenten hebben recht op een VUB-kot”

Op 28 november 2013 keurde de Stuvoraad het gewijzigde toewijzingsbeleid van de dienst Huisvesting goed. Na het hevige protest van heel wat VUB-studenten tegen die beslissing is een reactie van de Stuvoraad niet meer dan gepast. Onze excuses alvast dat die reactie nu pas verschijnt – het is tenslotte blok voor iedereen.

In wat volgt trachten we enkele pijnpunten te belichten en onze standpunten te beargumenteren. We hopen hierdoor wat onduidelijkheden weg te nemen en de gemoederen bij de bezorgde studenten wat te bedaren. Hieronder volgt eerst een korte schets van het moment waarop de beslissing genomen is, waarna we enkele vaak gehoorde bezorgdheden en opmerkingen bespreken.

Situatieschets van de Stuvoraad van 28 november:

De dienst Huisvesting meldt dat zij haar beleid licht wijzigt, omdat het steeds moeilijker wordt voor nieuwe studenten om een kot te bemachtigen.

De voornaamste wijzigingen:

– De deadline wordt voor alle aanvragers gelijkgesteld op 1 mei;

– Het concept “nieuwe studenten” wordt uitgebreid naar mensen die voor het eerst aan de VUB (op kot) zullen studeren. Vroeger omvatte die groep uitsluitend generatiestudenten uit het middelbaar onderwijs. Deze verandering komt er omdat studenten steeds vaker op andere niveaus dan eerste bachelor instromen;

– Heraanvragers krijgen nu een progressief dalende prioriteit. Dit impliceert dat de meeste heraanvragers niet hun volledige academische loopbaan in een VUB-kamer zullen kunnen blijven.

De studentenvertegenwoordigers begrijpen dat deze maatregelen zullen leiden tot het “doorschuiven” van een aantal kotstudenten naar de privémarkt. Zij vroegen ter zitting dan ook of er al een beleid uitgestippeld is om studenten naar Br(ik door te verwijzen, wat de Dienst Huisvesting beaamt.

Wij vroegen ons ook af of de studenten die hun VUB-kot momenteel maar net kunnen betalen en binnenkort op zoek moeten naar een betaalbaar kot op de privémarkt niet in de problemen zullen raken. De financiële aspecten van het kotleven worden sinds 2006-2007 echter behandeld door de Sociale Dienst Studenten, die ook huurtoelagen toekent aan studenten op privékamers. Studenten uit gezinnen met een laag inkomen kunnen bovendien een beroep doen op een sociale toelage. De studentenvertegenwoordigers vroegen dan ook om dit aspect nauwlettend in de gaten te houden en zo nodig de huurtoelages op te trekken.

Voorts stelden de studentenvertegenwoordigers de vraag of er niet veel studenten zijn die slechts één jaar op een VUB-kot kunnen blijven wonen om nadien plaats te moeten maken voor nieuwe studenten. De dienst Huisvesting kan niet met zekerheid beloven dat elke aanvrager zijn bacheloropleiding af kan maken op een VUB-kamer, aangezien nog niet bekend is hoeveel nieuwe studenten zich vóór 1 mei zullen aanmelden. Toch lijkt een periode van drie jaar hen zeker realistisch.

De studentenvertegenwoordigers uit Jette merken op dat de deadline van 1 mei wel erg vroeg is voor generatiestudenten geneeskunde, die immers pas in juli een ingangsexamen afleggen. Bovendien wordt gewezen op het relatief kleinere aanbod van privékoten rond campus Jette, waardoor de student daar minder alternatieven voor een VUB-kamer ter beschikking heeft.

De Stuvoraad beslist ten slotte om de wijzigingen in het huisvestingsbeleid unaniem goed te keuren, op voorwaarde dat de aanwezige beleidsmakers voldoende rekening houden met alle voorgaande opmerkingen.

“Wij geloven bovendien dat er een cruciale denkfout in de redenering van een aantal protesterende kotstudenten schuilt”

Vaak gehoorde opmerkingen

“De aanvraagdeadline is op 1 mei. Pas op 15 juni kom je te weten of je al dan niet een kot krijgt en dat is erg laat.”

Door de vervroeging van de aanvraagdeadline naar 1 mei is ook de datum waarop bevestigd wordt of je een kamer krijgt vervroegd. In het vorige beleid was het niet uitzonderlijk dat pas op het einde van de 2e zittijd voldoende informatie beschikbaar was. Er zijn zelfs gevallen bekend waarin aanvragers pas in de week voor het begin van het nieuwe academiejaar te horen kregen dat ze een kot kregen. De vervroeging van deze definitieve informatiedatum biedt studenten meer tijd om een privékot te zoeken en is bijgevolg ontegensprekelijk een verbetering.

Daarenboven worden de aanvragen van respectievelijk voor en na 1 mei apart behandeld. Een tijdige heraanvrager heeft dus nog steeds voorrang op een nieuwe student die pas na 1 mei aanvraagt! Wij menen dat het merendeel van de nieuwe studenten hun kamer pas na 1 mei aanvraagt, waardoor de impact van het nieuwe beleid in de praktijk wellicht minder groot zal zijn dan sommigen nu vrezen.

“De privékoten zijn bijna altijd duurder, wat voor financiële problemen kan zorgen bij de huidige kotstudenten.”

Zoals hierboven beschreven deelt ook de Stuvoraad deze bezorgdheid. De Sociale Dienst Studenten kijkt echter toe op de financiële aspecten van het kotleven en kent ook huurtoelages toe aan huurders op de privémarkt. Daarnaast behoort ook een sociale toelage tot de mogelijkheden.

Wij geloven bovendien dat er een cruciale denkfout in de redenering van een aantal protesterende kotstudenten schuilt. Hun opmerkingen over de duurdere privémarkt zijn ongetwijfeld terecht, maar die situatie is evengoed van toepassing op toekomstige aanvragers en studenten die noodgedwongen naar de privémarkt trekken omdat ze hoe dan ook geen kans maken op een VUB-kot. Door de periode waarin studenten van een VUB-kamer kunnen genieten te verkorten, hebben meer studenten de kans om een aantal jaar op een goedkoper kot te verblijven. Belangrijk is dat de Studentenraad/Stuvoraad alle studenten van de VUB vertegenwoordigt, en niet alleen de huidige huurders van VUB-kamers!

“Een student die opnieuw moet gaan pendelen omdat hij zijn kot moet afstaan kan hierdoor veel tijd verliezen voor zijn studie, sport, vereniging, …”

Zoals hierboven verduidelijkt wordt, geldt dit net zo goed voor mensen die nu al pendelen en een lopende kotaanvraag hebben. Er is in dit nieuwe systeem komaf gemaakt met de weinig faire situatie van de studenten die in hun eerste bachelorjaar niet op kot konden of mochten en daarna vaak jaren op een kot moesten wachten. Wij begrijpen niet waarom een huidige kotstudent een andere behandeling verdient dan iemand die (nog) geen kot heeft.

“De VUB laat dit nieuws in alle stilte en vlak voor de examens los”

De Stuvoraad waarvan sprake vond plaats op 28 november. Op 3 december zette het Infopunt de betrokken informatie online, waarna de VUB op 16 december een nieuwsbericht op my.vub publiceerde. Het nieuws bleef echter veelal onopgemerkt bij de brede studentengemeenschap, totdat het studentenblad De Moeial er op 17 december over berichtte. (Zie ook het artikel van De Moeial Vijf beweringen over prioriteitenbeleid VUB-koten gecontroleerd’, nvdr).

De Moeial is dan wel verantwoordelijk voor de verspreiding van het nieuws bij een groot publiek, maar heeft deze informatie geenszins gelekt of aan het licht gebracht. De verslagen van de Stuvoraad worden immers altijd openbaar gemaakt. Wij zijn het ermee eens dat dit nieuws duidelijker gecommuniceerd had mogen worden, maar geloven ook dat dit – gezien de deadline van 1 mei – ruim op tijd gebeurd is.

“In Jette is het privéaanbod veel beperkter en bovendien duren onze studies langer”

Hoewel deze opmerkingen correct zijn, is de beleidsaanpassing er vooral gekomen door problemen op campus Etterbeek. Het aantal generatiestudenten op campus Jette is immers beduidend kleiner in verhouding tot het aantal beschikbare koten. Wij verwachten dan ook dat een student in Jette relatief langer een VUB-kot ter beschikking zal hebben dan een student in Etterbeek.

Roeien met de riemen die we hebben

Wij besluiten dan ook dat de hervorming van het toewijzingsbeleid is er gekomen omdat er een structureel tekort aan koten heerst. Dit is een reëel probleem waar zowel de VUB zelf als Br(ik en andere partners actief mee bezig zijn (onder andere de geplande bouw van nieuwe kamers op de VUB, het aantrekken van verhuurders door Br(ik, …). Tot het moment dat deze projecten voltooid zijn of dat het aantal nieuwe studenten drastisch daalt moeten we roeien met de riemen die we hebben.

Wij zijn ervan overtuigd dat de zwakste en minst gehoorde groepen in dit verhaal, de generatiestudenten en de buitenlandse studenten zijn. De laatstgenoemden zijn vaak het Nederlands of het Frans niet machtig en vinden bijgevolg veel moeilijker hun weg op de privémarkt. Bovendien studeren zij vaak gedurende een kortere periode op een hoger niveau (bijvoorbeeld voor een eenjarige master) en maakten zij voordien dus helemaal geen kans op een VUB-kamer.

Wij zijn van mening dat élke VUB-student – huidig of toekomstig – recht heeft op een VUB-kamer.

Constructieve kritiek is welkom via 02/629.20.10 of feedback@vub.ac.be. Eind januari zitten de studenten en de dienst Huisvesting nogmaals samen over dit dossier.

0 Comment