Wij nemen ons werk serieus. Heus, wel op een gezonde manier, in die zin dat we ons geschrijf met een kwinkslag kunnen relativeren tot slechts een bijzaak waarmee de wereld gebaat is. U kan lachten, maar er kruipt toch enig plichtsbewustzijn in de tijd die we voor de Rockrace uittrekken.
Duikboot
En voor je het weet staat Duikboot op het podium. Alt folk? Ammehoela. De helft van de tijd hoor je een allegaartje geoefend in de verdwazing om muziek te maken waarbij ogenschijnlijk gezond uitziende jonge mensen in het publiek de gewoonte van lelijke tofoe-etende wezens overnemen en hun schouders doen meesjokken op dat verdomd vervelende, lichaamsbeweginganticiperende drumritme. Weliswaar niet op de schabouwelijke manier waarop Stella Nova vorig jaar de trofee mee naar huis nam (trouwens, geslachtsziekte gewenst voor hen en hun familie, wat een aanfluiting voor de Rockrace was me dat), maar het kon toch tellen. Bah, muziek voor en door mannen die vergeten dat ze kloten hebben. Bah, bah, bah.
En de andere helft van hun set? Met ballonnen gooien. Duikboot gooit met ballonnen. Rode ballonnen. Hop, het publiek in. Op het einde ook meer ballonnen dan publiek. Ronde ballonnen, kleine ballonnen, grote ballonnen. Alleszins rood. Zelfs het publiek gaf er op het einde ook geen moer meer om. Hopelijk zal het hun muziek niet beter vergaan dan de ballonnenpopulatie die ik vannacht in mijn bloeddorstige geest met een vlammenwerper in een ballonnenmassamoord heb gestort.
The Geraldines
Aha, ze zijn dan toch tot hier geraakt, de bands die al eens een pedaaltje sneller spelen zonder dat je als toehoorder gaat nadenken over wat voor vreselijke smurrie het moest opleveren als oren konden kotsen.
Zoals weleens eerder aangehaald, is er absoluut niks mis mee als je de invloeden van een band zonder al te veel problemen kan aanhalen. The Geraldines, een viertal uit Mechelen, houden wel van Pixies. Luister maar eens naar Spinnin’. De gedrevenheid van de frontman deed ons dan weer denken aan een toegewijde Glen Hansard bij The Frames. Hun set? Met ‘The Dancers Are Dead’ trapten ze af met een stamper, een slimme zet om het publiek meteen bij de kraag te vatten.
Maar meneer De Moeial, Is The Geraldines dan een goede band?, zal u nu vragen. Wel, ze gedijen goed live, beheersen hun nummers, hebben een drummer die de strakke teugels durft hanteren en zijn niet uit hun lood geslagen bij het knappen van een snaar. Dat is het goede nieuws. Het slechte is dat er muzikaal maar weinig aan is en de nummers met ballast kampen. Het laatste nummer bijvoorbeeld: het riffje is in al zijn eenvoud erg smakelijk, je hebt het beet, er gaat iets gebeuren, en plots komt weer alle aandacht bij de bassist terecht en plooit de gitarist terug: spanningsboog verdwenen.
Hazey Jane
Natuurlijk kon Hazey Jane nooit winnen. Een oerconservatieve vakjury wist vorig jaar al niet wat hen overkwam toen The Litescribes het KultuurKaffee wegbliezen. En dit jaar staat er een jongen aan bliep- en bloepknopjes te draaien. Geen drum, geen gitaar, geen bass. De radeloosheid in hun oogjes. Tja, als Jacle Bow een banjo bovenhaalt vinden ze dat authentiek, een band met ballonnen is leuk en aardig, maar als Hazey Jane op het gitaarsampleknopje drukt, dan is het magertjes. Of het toch niet live kon.
De lo-fi ambient van Hazey Jane deed ons denken aan de lentesfeer van Deerhunters Halcyon Digest met een flard Charles Bukowski (maar daar zal de sample wel iets mee te maken hebben), en wij vermoeden dat hij het beloftevolle veulen Sabanas ook wel zal kunnen smaken. En ja, natuurlijk had pakweg een live gitaar een surplus kunnen betekenen. Maar zijn muzikale finesse en vindingrijkheid hebben we op deze editie van de Rockrace nog niet gehoord. Verdomd benieuwd werden we in de loop van de set hoe Hazey Jane in de AB zou klinken, terwijl we dat voor het meerendeel van de halvefinalisten tot nu toe net vrezen. Het zal er niet van komen dit jaar. Spijtig.
The Geraldines speelt op 26 maart in het Rits Café voor een plekje in de halve finale.
0 Comment