Alle studenten zijn gelijk, maar sommigen zijn meer gelijk dan anderen – Of: Waarom de reactie van de Stuvoraad niet bevredigend is

VUB-koten aan de Schoofslaan
© Vrije Universiteit Brussel
Tekst: Lars Breuls
Sinds enkele weken houdt het nieuwe prioriteitenbeleid de studenten van de VUB in de ban. Een Facebookpagina met meer dan duizend likes (hoeveel kotbewoners zijn er eigenlijk?) en heel wat reacties over en weer later, lijkt het debat stilaan beslecht. De officiële reactie van de Stuvoraad staat al enkele dagen online en er kwam amper reactie op. Of de studenten het eens zijn met de verklaring van de Stuvoraad of te druk met hun neus in hun boeken zitten, laat ik in het midden. Mij lijkt het in ieder geval gepast de voornoemde verklaring grondig onder de loep te nemen.

Waar een vluchtige lezing van de verklaring de indruk zou kunnen wekken dat er een weloverwogen en goed gemotiveerde beslissing genomen is, zou ik toch graag enkele foute redeneringen en mogelijke pijnpunten willen blootleggen.

Generatiestudent eerst

Als er één aspect van het prioriteitenbeleid is dat door weinigen tot niemand in vraag wordt gesteld, is het wel het idee dat een generatiestudent bovenaan de prioriteitenlijst hoort te staan. Dit is immers al van oudsher zo. Dit uitgangspunt komt echter onder druk te staan, daar eerstejaarsstudenten die pas na 1 mei hun aanvraag doen nu afhankelijk zijn van het aantal beschikbare koten na het eerste rondje koten toewijzen. Je zou dit ook als goed nieuws kunnen zien voor de huidige kotbewoners. Zo stelt de Stuvoraad het immers ook voor: “Een tijdige heraanvrager heeft dus nog steeds voorrang op een nieuwe student die pas na 1 mei aanvraagt! Wij menen dat het merendeel van de nieuwe studenten hun kamer pas na 1 mei aanvraagt, waardoor de impact van het nieuwe beleid in de praktijk wellicht minder groot zal zijn dan sommigen nu vrezen.”

Huidige kotstudenten verdienen geen andere behandeling dan iemand die nog geen kot heeft, maar krijgen er wel een!

Solidariteit met bepaalde generatiestudenten die iets langer over hun studiekeuze moeten nadenken, hoeft er kennelijk niet te zijn. Het argument dat eerstejaarsstudenten nog geen sociaal netwerk in Brussel hebben, waardoor ze hun weg op de private markt niet zullen vinden, is bovendien plots naar de achtergrond verdwenen. Misschien moet de reden daarvoor gezocht worden in de (al dan niet terechte) kritiek op dit uitgangspunt, waar ik later nog op in zal gaan. Het lijdt alvast geen twijfel dat een late beslisser in september des te meer moeilijkheden heeft om een geschikt privaat kot te vinden.

Pot verwijt ketel

De Stuvoraad laat weten dat ze een cruciale denkfout in de redenering van de protesterende kotstudenten heeft kunnen ontrafelen. Een alinea later kan er ironisch genoeg echter het spreekwoord van de pot en de ketel bovengehaald worden, daar men zelf een foute redenering neerpent. Waar het nadeel dat laattijdige generatiestudenten mogelijkerwijs ondervinden wordt weggelachen, slaat men vervolgens wel een belerend toontje aan: “Er is in dit nieuwe systeem komaf gemaakt met de weinig faire situatie van de studenten die in hun eerste bachelorjaar niet op kot konden of mochten en daarna vaak jaren op een kot moesten wachten. Wij begrijpen niet waarom een huidige kotstudent een andere behandeling verdient dan iemand die (nog) geen kot heeft.” Je ziet het: niets dan nobele bedoelingen en o wee wie hiertegen kan zijn!

Toch schuilt er in dat argument een denkfout van jewelste , die in mijn ogen juist de rechtstreekse aanleiding tot het protest was. Als kotbewoners en andere studenten evenwaardig zijn, dan kan je toch onmogelijk vervolgens tussen die twee groepen een onderscheid maken? Dit doet men nochtans wel: mensen die voor de eerste keer een kot aanvragen hebben voorrang op mensen die al een kot bezitten. Huidige kotstudenten verdienen geen andere behandeling dan iemand die nog geen kot heeft, maar krijgen er wel een!

Wanneer beide groepen gelijkwaardig zijn, dan zouden ze juist samen, op dezelfde hoogte in het prioriteitenbeleid moeten staan. Een feministe kan ook niet de gelijkheid tussen man en vrouw proclameren om vervolgens een samenleving waar de vrouwen aan de macht zijn te installeren. Wil men toch een onderscheid maken tussen de twee “gelijkwaardige” groepen, dan kan dat enkel doen op basis van een ander criterium. Het is juist over dat criterium dat de discussie zou moeten gaan.

Onderscheid op welke basis?

Ik zou dan ook een oproep willen doen om over die laatste vraag grondiger na te denken en debat te voeren. Is er een criterium om toch een onderscheid te maken tussen gelijkwaardige studenten? Indien het antwoord op die vraag nee is, dan moet misschien iedereen gelijkgesteld worden en bijgevolg onderworpen worden aan het principe “eerst komt, eerst maalt” (met wellicht een uitzondering voor de generatiestudenten). Indien het antwoord ja is, dan moet dat criterium misschien juist duidelijker in de verf gezet worden.

Om die reden is het jammer dat het argument over het al dan niet hebben van toegang tot de private markt naar de achtergrond verdwenen is. Hoewel dit een mogelijke maatstaf zou kunnen zijn, werd er ook kritiek op geleverd. Het is blijkbaar niet zo eenduidig dat studenten die al een tijdje op een kot van de VUB zitten gemakkelijker hun weg naar de private markt zouden vinden dan, pakweg, studenten die pendelen. De zoektocht zou wellicht voor beide even zwaar zijn. De student die jaren op een privaat kot zit en nu voor het eerst een aanvraag voor een kot van de VUB indient, zou zelfs voorrang hebben op de huidige bewoner. Absurd misschien, maar toch ook weer geen totaal ondenkbare situatie.

Het essentiële punt

Men geraakt het kennelijk (nog) niet eens over de ideale maatstaf, maar het is wel deze discussie die volgens mij gevoerd dient te worden. Het al bezitten van een kot wordt door veel kotstudenten als een geldig criterium beschouwd. Er valt ook iets voor te zeggen, al is het louter vanuit praktische overweging: wanneer iemand zijn kot behoudt, moet er maar één iemand verhuizen (degene die voor het eerst een kot aanvraagt), terwijl dat anders twee personen zijn (zowel de nieuwe kotbewoner als de oude). Allerminst een overtuigend argument, maar laten we het een nieuwe aanzet tot discussie over het essentiële punt van de hele hervorming noemen.

Een ander pijnpunt tot slot is dat deze discussie beter had plaatsgevonden voor de hervorming was doorgevoerd. Noch de communicatie voor, noch die na de hervorming is lovenswaardig. De studenten weten nu wel dat ze na het doornemen van het Belgisch Staatsblad aan de ontbijttafel ook even alle onderdelen van de site van de VUB moeten napluizen op veranderingen, toch was het beter geweest om meteen helder te communiceren. Het had de Stuvoraad, die we voornamelijk kennen van de vele mails om nogmaals op te roepen om toch alsjeblieft te stemmen (we moeten echt wel een bepaald aantal minimumstemmen halen), op een positieve manier naamsbekendheid bij de studenten kunnen geven. Dit kan gerust een gemiste kans genoemd worden …

0 Comment