Aan de interne VUB-keuken is alvast genoeg werk voor onze vicerector. In de Governance Commissie (GOCO) bereidt ze de nieuwe beheersstructuren van de universiteit voor. Die herstructurering gebeurt in twee fases waarvan de eerste, die betrekking heeft op de hogere bestuurslagen, is afgerond. In fase twee gaan de faculteiten en vakgroepen grondig op de schop.
Communication breakdown
In afwachting van de beslissingen over de toekomst van de faculteiten waren de geruchten door de faculteitsgangen. De VUB zou van acht faculteiten willen overgaan naar een verdeling van opleidingen in drie superfaculteiten. “Dat is inderdaad een plan dat we bespreken”, bevestigt Michotte, maar de gesprekken zijn nog in volle gang. “Van de plannen is er nog geen goedgekeurd, maar de analyse van de problemen in de faculteiten wordt wel gemaakt. Er zijn bijvoorbeeld faculteiten met te weinig hoogleraren om een decaan met een volledige bestuursploeg te kunnen hebben. Dat is al eens voorgekomen in de faculteit Psychologie en Educatiewetenschappen en ook bij Lichamelijke Opvoeding en Kinesitherapie. Ook Letteren en Wijsbegeerte heeft het daar al moeilijk mee gehad.”
De hervorming zal uiteindelijk dieper doordringen dan op facultair niveau. Ook de vakgroepen worden in vraag gesteld. “Op dit moment bestaat er eigenlijk geen definitie van een vakgroep. Elke faculteit vult dat begrip tot nu toe anders in. In mijn faculteit, Geneeskunde en Farmacie, beslaat een vakgroep een onderzoeksdomein. Elders valt een vakgroep dan weer samen met een opleiding. Al die verschillende modellen hebben is niet goed. We gaan dan ook de vakgroepstructuur hervormen zodat die toch wat uniformer is.”
Hervorming betekent ook herverdeling. De huidige verdeling van opleidingen over de faculteiten lijkt misschien wel een rotsvast gegeven, maar ook dat is voer voor de GOCO: bij elkaar brengen wat bij elkaar hoort. “Denk maar aan wat er gebeurd is met de communicatiewetenschappen”, legt Michotte uit. “De opleiding verhuisde naar de Politieke, Sociale en Economische wetenschappen: het decretale studiegebied heet dan ook Politieke, Sociale en Communicatiewetenschappen. Ze hoorden daar al, maar om historische redenen hebben ze altijd bij de letterenfaculteit gezeten.”
Die historische redenen maken een abstractie van twee grandes dames van de Geschiedenis: Catharina Lis en Els Witte. Die laatste was ooit nog rector van de VUB. Lis voorspelde het al in een eerder interview met De Moeial: “Beschouw je dat vanuit de letterenfaculteit, dan is het een groot verlies. Dat gaat hen veel kosten, want het is een grote richting.” Haar woorden waren niet meer profetisch dan een uiting van gezond verstand. Het logisch gevolg werd een feit: wat overblijft van LW wordt geconfronteerd met pijnlijke besparingen.
Michotte is de laatste om dat te ontkennen: “Communicatiewetenschappen was een sterke vakgroep binnen de faculteit, met veel studenten en veel onderzoek. Dat zijn parameters waar we bij de financiering rekening mee houden. Ze halen meer geld binnen dan ze uitgeven.” Dat is niet voor alle richtingen zo. Met name Taal- en Letterkunde staat er financieel niet goed voor. “Dat is nu een typische opleiding die in het ‘donkerrood’ staat”, stelt Michotte vast. “Ze hebben veel personeel en dat is duur, maar ook noodzakelijk om volwaardig de taal te kunnen doceren.”
Toch is dit geval geen bevestiging voor de hypothese dat het geld aan de VUB verkeerd verdeeld wordt, vindt Michotte. “Er is ten eerste een systeem van solidariteit op instellingsniveau. De VUB verdeelt de binnengekomen middelen via een model waarin ‘groene’ faculteiten hun ‘rode’ evenknieën helpen.” Daarna is het aan de faculteiten om het geld verder te verdelen. “Faculteiten doen dat op hun eigen manier. Er zijn er die het VUB-model hebben doorgetrokken tot op opleidingsniveau.”
Besparingen zijn echter niet de enige manier om het hoofd boven water te houden, vindt de vicerector. “Het rectorencollege moet erover waken dat de solidariteit binnen de faculteiten blijft bestaan. We zullen nooit toelaten dat er iemand zegt: ‘Je staat zoveel in het rood, dat je best ermee stopt.’ Dat kan niet. Dat neemt echter niet weg dat er een soort correctie moet komen; een rode opleiding werkt nu eenmaal niet in het voordeel van groene opleidingen.”
De financiële situatie van de letterenfaculteit betekent volgens Michotte echter niet enkel besparingen en ellende. “Natuurlijk moet Taal- en Letterkunde nu aangeven hoe ze de situatie evenwichtiger zullen maken. Ten eerste is er dan de vraag of je professoren die met emeritaat gaan noodzakelijk moet vervangen. Maar je kunt als opleiding ook beslissen om meer in te zetten op onderzoek, of om dingen samen te doen met andere richtingen, andere Vlaamse universiteiten of zelfs met de ULB. Dat is dan ook een van de paden die ze nu bewandelen.”
“Het is maar de vraag of je professoren die met emeritaat gaan noodzakelijk moet vervangen.”
Irritationeel
De vicerector heeft vanuit haar kantoor ongetwijfeld een van de mooiste uitzichten die de VUB te bieden heeft. We kijken uit op een wilde tuin, verborgen voor het gros van de onwetende voorbijganger. Niet zo voor Michotte en de reiger die er is gaan wonen. Het beest kreeeg zelfs een naam.
Haar uitgestrekte kantoor met houten meubilair en stoelen in de primaire kleuren, is nog best uitnodigend. Niet bepaald een steriele, zakelijke omgeving. Toch is er binnenskamers vast weleens gevloekt. Zoals toen Onderwijsminister Pascal Smet de tweejarige master in de humane wetenschappen tegenhield, een dossier waar ook Yvette Michotte lang en vol overtuiging aan gewerkt heeft.
“De motivatie voor de studieduurverlenging was absoluut correct”, vindt Michotte. “In zo’n tweejarige master kun je als student nog gaan studeren in het buitenland, een stage inrichten en meer tijd besteden aan je masterthesis. Alle universiteiten hebben samen hard gewerkt om de aanvragen voor tweejarige masters af te maken. De meeste daarvan zijn ook positief geëvalueerd, en toen zei Smet: ‘Het gaat niet door. Het is allemaal niet goed onderbouwd.’”
Een nieuw decreet heeft de studieduur nu opnieuw bekeken. Er zijn duidelijker voorwaarden voor een aanvraag geformuleerd en bijkomende mogelijkheden voor universiteiten die hun masteraanbod willen uitbreiden. De onderzoeksmaster is zo’n mogelijkheid. De Vlaamse universiteiten mogen in totaal een veertigtal onderzoeksmasters in de humane wetenschappen inrichten naast hun reguliere masters. De financiering? Die bedraagt jaarlijks 1,2 miljoen euro, te verdelen over de universiteiten op basis van de verschillende parameters in het universitaire financieringsmodel. Dat komt neer op ongeveer 30,000 euro per jaar per master. De VUB is echter niet van plan om een onderzoeksmaster op te starten. “Alle universiteiten zijn tegen de onderzoeksmaster”, steekt Michotte van wal. “Allemaal, behalve eentje dan. De meerderheid die ertegen is, vindt het plan simpelweg niet rationeel. De master wordt amper gefinancierd en wij als VUB hebben ook niet altijd het personeel beschikbaar.”
Dat is nog maar het begin van de reeks bezwaren en vragen die Michotte heeft bij de onderzoeksmaster. “Hoe verhoudt zo’n master zich ten opzichte van de reguliere, eenjarige master? Kan een student enkel nog maar doctoreren als hij een onderzoeksmaster heeft gevolgd? Hoe selecteer je reeds in het derde bachelorjaar de studenten voor een onderzoeksmaster? Zal het FWO (Fonds voor Wetenschappelijk Onder-zoek, nvdr.) nog beurzen verstrekken aan onderzoeks-masters? Er zijn nog zodanig veel vragen, dat de meeste universiteiten er gewoon tegen zijn.”
Geen universiteit wil er dus aan, die onderzoeksmaster. Behalve dan die ene instelling: de KU Leuven. De katholieke universiteit maakt alvast bekend dat ze een onderzoeksmaster in de Theologie zal aanvragen en zal dat doen in april. Theologie is een onderzoeksveld dat de andere universiteiten niet aanbieden en is daarom een onderzoekszwaartepunt van de KU Leuven. “Het is de bedoeling dat de instelling zijn onderzoeksmasters inricht rond zulke zwaartepunten”, weet Michotte. “Theologie is een voor de hand liggend zwaartepunt van de KU Leuven. Maar daar zullen ze het in Leuven niet bij laten. Ik weet dat ze plannen hebben voor veel meer dan één onderzoeksmaster.”
Idealen
Michotte ziet liever een ander model: “De onderzoeksmaster is niet naar de zin van Antwerpen, Gent en Brussel, maar het staat nu eenmaal in het decreet. Gelukkig gaan er binnen de VLIR (interuniversitaire raad, nvdr.) wel stemmen op om dat allemaal eens opnieuw te bespreken. Je zou evengoed een tweejarige master kunnen inrichten met drie afstudeerpaden: de richtingen onderwijs, onderzoek of arbeidsmarkt. Dan heb je volwaardige, gelijkaardige masters van twee jaar. Dat lijkt me een veel beter systeem dan wat we nu krijgen.”
De tweejarige master is niet de enige toekomstdroom van Yvette Michotte. Als ik haar vraag naar haar idealen, lacht ze. “Dat is wel een moeilijke vraag. Ik heb niet veel tijd meer om nog veel te realiseren. Het belangrijkste is dat de VUB blijft bestaan als volwaardige universiteit, met een volwaardig aanbod dat kwaliteitsvol is”, begint ze. “Onze VUB-waarden indachtig, zijn bovendien de toegang tot het hoger onderwijs en de democratisering ervan zeer belangrijk. Ik wil zorgen voor een blijvende democratisering. Vandaar dat ik wat bevreesd ben voor bijvoorbeeld ijkingstoetsen: ze zijn toch vaak in het nadeel van mensen uit minder kansrijke milieus zoals we die in Brussel veel hebben. Daarom zie ik meer in oriënteren en het helpen van studenten die het moeilijk hebben.”
0 Comment