De begroting voor Erasmus+, het nieuwe programma van de Europese Unie voor onderwijs, opleidingen, jeugd en sport, werd op 19 november door een ruime meerderheid goedgekeurd door het Europese Parlement. Het programma, dat in januari van start gaat, zal lopen tot 2020 en kan rekenen op een budget van 14,7 miljard euro, een stijging van 40 procent in vergelijking met het huidige budget.
Erasmus+ zal instaan voor alle huidige programma’s die de Europese Unie vandaag leidt met betrekking tot onderwijs, opleidingen, jeugd en sport. Daartoe behoort ook het Lifelong Learning Programme, dat Erasmus, Leonardo da Vinci, Comenius en Grundtvig omvat. Tegelijk zullen ook het Youth in Actionprogramma en vijf internationale samenwerkingsprojecten opgenomen worden in Erasmus+. De Europese Commissie hoopt dat studenten zo gemakkelijker toegang krijgen tot de beurzen.
Tweederde van het budget zal voorbehouden worden voor beurzen voor individuen die in het buitenland onderwijs willen volgen. De rest gaat naar de ondersteuning van samenwerkingen tussen de onderwijsinstellingen, jeugdorganisaties, bedrijven, lokale en regionale autoriteiten en NGO’s. Ook is er voor de eerste keer plaats voor sport in het programma. Van de 14,7 miljard euro in de begroting zal 265 miljoen euro voorbehouden worden voor transnationale sportprojecten.
Androulla Vassiliou, Europees Commissaris voor Onderwijs zegt tevreden te zijn met de goedkeuring van het verhoogde budget door het Europese Parlement. “Dit toont het engagement aan dat de EU wilt aangaan met onderwijs en opleidingen.” Vassiliou legt de nadruk op de tergende jeugdwerkloosheid in Europa. “Erasmus+ zal ook bijdragen tot het gevecht tegen jeugdwerkloosheid door jongeren de kans te geven om hun kennis en vaardigheden te vergroten door middel van ervaringen in het buitenland. Dat is cruciaal als we onze jonge generatie willen uitrusten met de kwalificaties en vaardigheden die ze nodig hebben om te slagen in het leven”, aldus Vassiliou.
0 Comment