From Harlow To Spitz: Er klinkt gitaar, en dat is goed

De drie Brusselse jongeheren van From Harlow To Spitz zijn vroege vogels. Net als vorig jaar mocht het trio de Brik Jeugdhuizenstage openen om drie uur in de namiddag. Toen faalde onze recensent (pvdv) nog jammerlijk om op tijd uit de veren te dartelen; dit jaar maken wij onze tekortkoming goed.

Als we goed gezind zijn, dan klinkt From Harlow To Spitz als een mix van The Pack A.D. en het ruigere werk van Millionaire. Zijn we dan weer net iets humeuriger uit bed gestapt, dan denken we eerder aan Bush en het vervelender gitaarwerk uit de krochten van de jaren ’90. Gelukkig is het nog vroeg op de namiddag en valt het wel mee met onze staat van genoegzaamheid, en heeft FHTS een, nu ja, degelijke beurt gemaakt.

Toch twee fundamentele opmerkingen. Primo. Zangers hoeven helemaal niet goed te kunnen zingen om hun band een legendarische allure te bezorgen, zo heeft Jeffrey Lee Pierce  ons al bewezen.  Dat betekent echter niet dat de Hanson Brothers plots te pruimen zijn. Dan heeft een groep iets extra’s nodig; een briesende live reputatie, trucjes met effecten op de vocals, u zegt het maar. Die snedigheid ontbreekt vooralsnog.

Secundo; de kunst van de perfecte riff. Ter illustratie: luistert u eerst naar de doodvervelende introriedel van Friday On My Mind van The Easybeats, en beluister daarna het stomende Beat City van The Raveonettes, datzelfde riedeltje perfect geïntegreerd. Ook hier is er verbetering mogelijk, al waren er toch opflakkeringen in het midden van de set. Inspirational was met vlag en wimpel het beste nummer, gevolgd door een meer uit de losse pols gespeelde It Feels Like.

Zo, de kop is er af. Nu hopen dat het internet standhoudt.

0 Comment