Wat u nog niet wist over de studentenverkiezingen, Of toch zeker moet weten

Maart is de maand van de heropflakkering van het krijgsbedrijf. De VUB houdt de etymologische betekenis van dit woord in ere: twee weken lang zullen 27 studenten strijden om de stem van de VUB-student. Een belangrijke stembusgang, want het stuverlandschap wordt indringend hervormd. Voor de eerste keer kunnen studentenvertegenwoordigers in de nieuwe Stuvoraad worden gestemd.

Dat laatste verdient meteen een nuancering: de Stuvoraad is sinds dit academiejaar al aan het werk. Door het nieuwe Stuvodecreet (voluit het Decreet betreffende studentenvoorzieningen in Vlaanderen) moest deze nieuwe raad immers voor 1 januari 2013 worden samengesteld. In de feiten is er echter niets veranderd: de 18 verkozen studenten van 2012 zetelen ook gewoon in de Stuvoraad. Zo simpel zal het echter niet zijn bij de verkiezingen van 2013.

Het bos en de bomen

Door het nieuwe Stuvodecreet wordt de structuur van de studentenvertegenwoordiging nog wat complexer. Niet voor vier, maar voor vijf vergaderingen zullen de studenten hun vertegenwoordigers aanduiden. Naast de gebruikelijke Studentenraad, Onderwijsraad, Raad van Bestuur en BAST, is er met de Stuvoraad een nieuw orgaan bijgekomen. Hoewel het kiesbiljet de Stuvoraad naast de Studentenraad plaatst, zijn de twee helemaal niet dezelfde. Ze bestaan naast elkaar en hebben verschillende bevoegdheden.

Allereerst de samenstelling. Het aantal zetels in de Stuvoraad hangt af van het aantal verkozenen in de Raad van Bestuur, de Onderwijsraad en de Studentenraad samen. Als alle kiesdrempels (25%) gehaald worden, zouden er dus 21 zetels in de Stuvoraad komen. Dat zouden dan 22 zetels worden, gezien de samenstelling paritair is en er geen oneven zetelaantal mogelijk is.

De verdeling van de zetels verloopt deels rechtstreeks, deels getrapt. De ene helft van de zetels wordt verdeeld op basis van de verkiezingsuitslag van de drie raden. In het geval van optimale opkomst en bijgevolg 22 te verdelen zetels, zullen de elf studenten met het hoogste percentage rechtstreeks verkozen zijn. Over de elf andere mandaten beslist de Raad van Bestuur, op advies van de Studentenraad. De concrete afspraken over die aanduiding door de Raad van Bestuur moeten nog gemaakt worden, maar het ziet ernaar uit dat die laatste zich ertoe zal verbinden om het advies van de Studentenraad te volgen. In de praktijk zou het er, met andere woorden, op neer komen dat de Stuvoraad samengesteld zal zijn uit al de verkozenen, plus één persoon die niet verkozen is indien er een oneven zetelaantal is.

Er is echter nog een factor die ervoor zal zorgen dat de leden van de Stuvoraad zullen verschillen van die van de Studentenraad: het genderquotum. Eénderde van de 22 mandatarissen in de Stuvoraad moet vrouw zijn. Is dat niét het geval, dan moet het aantal zetels verhoogd worden om aan dat quotum te voldoen. Dat zal na deze verkiezingen sowieso moeten gebeuren, gezien er maximum zes vrouwen verkozen kunnen worden. Als deze zes dames ook daadwerkelijk hun zetel bemachtigen, zullen er dus twee zetels bijkomen (acht vrouwen op 24). In het allerslechtste geval – als er, louter hypothetisch, geen vrouwen verkozen geraken – zullen er maar liefst negen extra vrouwen moeten zetelen in de Stuvoraad die geen democratisch mandaat van de studenten hebben gekregen.

Wat gebeurt er dan als er meer zetels dan verkozenen zijn? “Dan zullen we allereerst de plaatsvervangers en de niet-verkozen studenten benaderen”, zegt Isabelle Selleslag, voorzitter van de VUB-Studentenraad én Stuvoraad. “We kiezen ervoor om de Stuvoraad zoveel mogelijk te laten samenvallen met de Plenaire Vergadering van de Studentenraad. In het huishoudelijk reglement van de Stuvoraad zal hier ongetwijfeld aandacht aan besteed worden; dat reglement is nog in de maak, de gesprekken lopen nog. We zullen ons sowieso richten tot studenten. Als we niet-studenten zouden benoemen, zouden we als representatief orgaan enkel in onze eigen voet schieten.”. De facto zal het er op neerkomen dat vrouwelijke kandidaten sowieso in de Stuvoraad zullen zetelen, of ze nu verkozen zijn of niet.

Raadshervorming

In het Stuvodecreet staan de werkvelden van de Stuvoraad opgelijst: voeding, huisvesting, sociale, medische en psychologische dienstverlening, studentenmobiliteit en participatie. In al die werkvelden kan de Stuvoraad ook activiteiten organiseren om de diversiteit te bevorderen. Als de raad één van die werkvelden onbenut laat, moet het motiveren waarom, maar de kans is klein dat één van de onderwerpen uit de boot valt. De Stuvoraad zal dus over zijn maximale bevoegdheid beschikken. Het gaat hier om een beslissingsbevoegdheid.

De studentenraad blijft dan weer bevoegd voor alles wat de student aanbelangt, al blijft de actieradius hier voornamelijk beperkt tot het verlenen van adviezen aan bijvoorbeeld de Onderwijsraad en Raad van Bestuur. Bovendien blijft de Studentenraad bevoegd voor de kiesprocedure van de Stuvoraad. Steph Feremans van de Dienst Studentenbeleid stipt nog een belangrijk onderscheid aan: “De plicht om de studentenpopulatie te informeren geldt enkel voor de Studentenraad, niet voor de Stuvoraad.”

Het enige dat beide raden gemeenschappelijk hebben, is de datum van vergadering. Al naargelang het onderwerp, zullen de studenten die verkozen zijn voor de Studentenraad, dan wel voor de Stuvoraad mogen stemmen.

Ook de verkiezing van de voorzitter en ondervoorzitter van de Stuvoraad zal ongetwijfeld moeilijkheden met zich meebrengen. Het Stuvodecreet bepaalt: “Als de voorzitter uit de studentendelegatie komt, moet de ondervoorzitter uit de delegatie die door het instellingsbestuur is aangesteld komen, en vice versa.” Dat belooft heel wat gepuzzel bij de verkiezing van het bestuur. Selleslag: “We zullen dus vanaf het begin rekening moeten houden met wie er een bestuursfunctie ambieert in de Stuvoraad en de voordrachten daarop afstemmen. Verder is er nog niet gedefinieerd dat de voorzitters van de Studentenraad en Stuvoraad dezelfde moeten zijn, maar dit kan eventueel worden opgenomen in het huishoudelijk reglement. Volgens mij een nuttige oplossing om het geheel niet nog onduidelijker te maken.”

Aan dat huishoudelijk reglement wordt momenteel nog gewerkt in de werkgroep Structuren en Reglementen. Het huishoudelijk reglement van de Studentenraad zal als voorbeeld dienen, al is het goed mogelijk dat er aan sommige bepalingen gesleuteld zal worden. Zo wordt het uitkijken of oud-bestuursleden van studentenkringen verplicht zullen worden de vergadering verlaten als er een beslissing wordt genomen over hun vereniging. Momenteel is dat enkel verplicht voor huidige bestuursleden. Ook is het uitkijken naar een eventuele revisie van het beruchte artikel 42, dat het mogelijk maakt om studentenraadsleden als ontslagnemend te beschouwen wanneer ze op vier vergaderingen in één jaar afwezig waren. Die bepaling is een stok achter de deur om het geregeld opduikende absenteïsme af te straffen, maar de draagkracht is beperkt tot de acht studentenvertegenwoordigers die verkozen zijn voor de Studentenraad. De leden van de Onderwijsraad en de Raad van Bestuur ontsnappen zo aan de mogelijke sanctie. Aan de openbaarheid van de vergaderingen en de raadgevende stem voor BSG, VO en De Moeial zou evenwel niet getornd worden.

Het probleem-UAB

Naast de verschuivingen die het Stuvodecreet veroorzaakt heeft, is er een nog heter hangijzer dat de universiteit kopzorgen baart: BAST, de studentenraad van de Universitaire Associatie Brussel. Ook deze vergadering is decretaal verplicht, maar aan de VUB is er van oudsher weinig animo voor. Die vaststelling wordt eens te meer duidelijk bij de verkiezingen van 2013. Geen enkele student heeft zich kandidaat gesteld. Een tweede oproeping voor de verkiezingen van maart is uitgesloten, want de termijnen voor beroepsprocedures zijn verstreken.

Op het eerste zicht is dat geen ramp. De BAST-leden zetelen immers per academiejaar. Mochten er wel kandidaten geweest zijn, dan zouden ze toch pas in de herfst van 2013 voor het eerst zetelen. BAST-voorzitter Koen Everaert, student Toegepaste Informatica aan de Erasmushogeschool (EhB): “Eén van de opties is om nieuwe verkiezingen in het najaar te organiseren. Een andere oplossing is opnieuw een getrapte verkiezing voor BAST, door bijvoorbeeld, onder meer, de voorzitters van de studentenraden van de VUB en EhB aan te duiden.” Het tijdstip van de verkiezingen is volgens Everaert één van de oorzaken van de stroeve werking: “Aan de VUB zijn de verkiezingen in het voorjaar, aan de EhB in het najaar.”

Een ander euvel is de zuinige naambekendheid. Waar houdt BAST zich eigenlijk mee bezig? Everaert: “We werken aan drie grote thema’s: sportbeleid, integratie van de academische bachelors in de VUB en doorstroming van studenten tussen de twee instellingen onderling. Aan de EhB merken we dat de studenten ons beter en beter kennen. We doen er allerlei acties om onze zichtbaarheid te verhogen, gaande van aulabezoeken tot het dragen van truien met ons nieuwe logo. Nu we aan de EhB al wat bekender zijn, zullen we ons binnenkort ook op de VUB storten.”

Het is maar de vraag of de VUB zal toehappen om in het najaar een aparte BAST-verkiezing te organiseren. Vorig jaar, in november 2012, vond er al een aparte verkiezing plaats voor de studentenraad van de Brusselse associatie. Die najaarsverkiezing moest toen een absolute uitzondering blijven, omwille van de extra kosten voor de VUB.

De verkiezingen lopen van 11 tot 29 maart. U kan uw stem uitbrengen via my.vub.ac.be/studentenverkiezingen-2013.

Noot van de auteur: doet u dit vooral, het is belangrijk.

0 Comment