Binnen de 25 jaar tijd zou het Brusselse bevolkingsbestand, met de huidige groeiratio, wel eens kunnen verdubbelen. Optimistische schattingen of onheilsvoorspellingen van demograaf Patrick Deboosere (VUB), afhankelijk van uw standpunt. Een heuse bevolkingsexplosie die al wel een tijd wordt aangekondigd, maar luisterend naar het publieke debat niet altijd even serieus wordt genomen. Dit ondanks het feit dat Brussel nu al kampt met problemen op het vlak van huisvesting, scholing en werk. Dat Brussel nog altijd over een door de grondwet vastgelegde stadsomwalling beschikt, is hier natuurlijk niet vreemd aan.
Gelukkig loopt het volgens sommigen nog wel los. De huisvestingsproblematiek werd wel door diezelfde Deboosere onderkend, door te wijzen op het feit dat het inwonersaantal vroeger in vele gemeenten hoger lag, en dat er dus nog ‘rek’ zat in het Brussels woningbestand. Slechts 9 van de 19 gemeenten hebben momenteel meer inwoners dan tijdens het vorige hoogtepunt in 1968. In Brussel Deze Week worden de voorbeelden Brussel Stad (215.000 in 1923, tegenover 163.000 heden ten dage) en Sint-Joost-ten-Node (27.000 nu, maar liefst 34.000 in 1907) geciteerd, gemeenten met nu minder inwoners dan in de vroege 20ste eeuw. Vreemd, kan men dan denken, want Brussel Stads bewoonbaar oppervlakte is er met de laatste 50 jaar toch niet erg op vooruit gegaan. Ook Sint-Joost-ten-Node is niet meer de wijk die ze was, een aanzienbaar onderdeel van de oppervlakte wordt momenteel ingepalmd door enkele architecturale parels; de staal- en glasmonolieten waarin het kloppende bureaucratische hart van de Vlaamse overheid onderdak vindt. Een regering die in 1907 geen deel uitmaakte van het Brussels stedelijke weefsel, of het Belgische politieke landschap tout court. Vanden Boeynants had op dat moment ook nog niet half de Noordwijk platgegooid. Het is natuurlijk gemakkelijk om door de architecturale erfenis van VDB heen te kijken, ze is immers voornamelijk van glas.
Onthoud u echter dat er een schimmige rek op het woningbestand zit, al vertaalt deze zich schijnbaar niet in een overaanbod aan betaalbaar wonen voor de minder kapitaalkrachtige Brusselaar. Integendeel, Brussel is eindelijk in de voetsporen van het bejubelde New York City aan het treden, en volop de gentrificatiekaart aan het spelen. Traditioneel betaalbare wijken als Sint-Gillis of Matongé veranderen mondjesmaat van uitzicht. In plaats van dat Matongé zich richting Louiza zou uitbreiden, zien we meer en meer dat Louiza de Matongéwijk inpalmt. De recente overwinning van François Hollande in de Franse presidentsverkiezingen werd vergezeld met onheilstijdingen over Franse bourgeoisie met meer geld dan ze weg mee weten, die naarstig naar een stekje in de hogere echelons van de Brusselse huizenmarkt aan het zoeken was. Slecht nieuws voor ons: na overgewaardeerde Franse buren, krijgen we er ook nog eens een overwaardering van de huurprijzen in de wijk bij.
Zolang we over de hoofden van de bevolking heen blijven praten, zullen de parameters van het debat geen centimeter verschuiven.
In het Brusselse vraagt men zich onderwijl luidop af of het Gewest de influx van inwoners nog aankan. Dat de Fransen willen afzakken, allemaal goed en wel, maar die andere gediversifieerde migratie zit sommigen toch wel hoog. Met problematieken als criminaliteit en integratie wordt weer duchtig gegooid. Zo wist MR-politicus Destexhe onlangs nog te verklaren dat hij zich na 10 uur ’s avonds niet meer aan het De Brouckère-plein durfde te vertonen, en had einzelgänger Modrikamen het over de nood om een populistische partij aan de conversatie toe te voegen. Het debat is dus ook bij onze Franstalige vrienden van de grond gekomen, en blijft ook daar steken in de clichés en platitudes. Aan Nederlandstalige kant is het grote Brusselse debat dan weer wat uitgedoofd: na enkele weken opschudding is het wachten op het volgende fait divers voordat men weer in de pen kan kruipen.
Terwijl langs alle kanten verkondigd wordt dat Brussel de bevolkingsgroei niet alleen aankan, krijgt het Brussels Gewest steeds meer op zijn bord. Qua mobiliteitsbeleid is het duidelijk dat de MIVB de lasten niet alleen kan of wenst te dragen, maar toch krijgt ze de verantwoordelijkheid op haar bord geschoven. Kijkt u maar naar de bijpassing voor scholierenabonnementen voor de Franstalige student, nu een Brusselse bevoegdheid en dus volgend jaar ook onbestaand. Ook op het gebied van scholing is de toestand in Brussel niet rooskleurig. Of scholing kan bijdragen in het verminderen van de economische achterstelling en dus de verloedering van Brusselse wijken, het kan sommigen blijkbaar een worst wezen. Zowel de Franstalige Gemeenschap als de Vlaamse Regering dralen, en vanuit het Brusselse komen enkel dezelfde stemmen met dezelfde soundbites aan het woord.
Na alle oproepen tot verantwoordelijkheid, blijft één factor angstwekkend afwezig in het hele debat, namelijk de Brusselse bevolking zelf, en dan specifieker: de kwestbaarste onderdelen ervan. Zolang we over de hoofden van de bevolking heen blijven praten, zullen de parameters van het debat geen centimeter verschuiven. Criminaliteit, homo-bashing en scholing te Brussel, we weten allemaal wat men er ter hoogste van het Warandepark, Leuven en Nijvel van denkt. Wat men er aan de kaaien van het kanaal over te vertellen heeft, lijkt toch belangrijker. Niet in het minst gezien we allen dichter op elkaar gaan wonen, en dat dichter bij het kanaal zal zijn, dan het Leuvense stadhuis. We praten graag over integratie en de multiculturele samenleving. De zogehete mislukking ervan zal echter niet rechtgetrokken worden door de inwoners van de wijken die het resultaat ervan zijn, te blijven behandelen als tweederangsinwoners. Amper Belgen, nauwelijks burgers. Wie denkt dat we op een dergelijke manier de Brusselse binnenstad leefbaar gaan houden, vergist zich schromelijk.
0 Comment