Crisis in de klassieke muziek: De Munt en KCB luiden alarmbel

De Muntschouwburg en het Koninklijk Conservatorium Brussel (KCB), de twee voornaamste spelers op het gebied van klassieke muziek in België, kampen met budgettaire problemen op het niveau van infrastructuur. De overheid reageert traag en dat kan mogelijk draconische gevolgen met zich meebrengen. Zo dreigt Muntdirecteur Peter De Caluwe zelfs om de deuren te sluiten. Niet omdat De Munt een tekort heeft aan bezoekers, maar uit veiligheidsoverwegingen omwille van de staat van het gebouw.

In een opiniestuk in De Tijd riep De Caluwe de overheid een eerste keer op om haar verantwoordelijkheid te, maar hij sprak voor dovemansoren. “Op een dag gaan we hier pannes krijgen waardoor de veiligheid van het personeel, artiesten en publiek niet meer gegarandeerd is. Dan kan ik niet anders dan de deuren sluiten”, deelde hij mee. Daarom is er een masterplan samengesteld om de renovaties en andere noodzakelijke bouwprojecten te becijferen. Het masterplan houdt ook rekening met de bouw van een tunnel tussen de ateliers en de schouwburg om het verhuizen van en naar beide locaties te vergemakkelijken. De kostprijs van dit masterplan bedraagt 28 miljoen euro.

In de laatste dagen voor het begin de regeringsvorming van de regering-Di Rupo, werd het plan afgekeurd door de toenmalige minister van Financiën Didier Reynders (MR). Dit zorgde ervoor dat het plan niet in zijn totaliteit kan worden uitgevoerd, met als gevolg dat de totale kostprijs ook meer zal bedragen dan initieel geschat.

“Begrotingen struikelen over een gebrek aan langetermijnvisie”

Tijdens de jaarlijkse persconferentie herhaalde De Caluwe zijn eerdere kritiek op de visie van de overheid. “Onze enveloppe wordt op te korte termijn bekeken. De Munt kreeg net de reacties op de begroting 2012 in de bus – twee procent bespaard – terwijl wij al aan het programma voor 2015 werken. Sinds 2008 moeten we onophoudelijk inleveren. Zelfs voor salariskosten verdwijnen subsidies. Begrotingen struikelen over een gebrek aan langetermijnvisie.” De zuinige houding van de overheid en de vastberadenheid van de directie zorgt voor een patstelling.

Het probleem is substantiëler dan enkel het masterplan voor renovaties. De subsidies voor De Muntschouwburg vielen kleiner uit dan verwacht. Vooral de kortetermijnvisie wordt de overheid kwalijk genomen. In Brussel Deze Week liet De Caluwe zelfs optekenen: “Als de subsidies de gebouwen, personeelskosten en werking mogen dekken, dan wil ik tachtig procent van alle overige kosten zelf zoeken.” De overige kosten zijn namelijk de producties van De Munt. Ook gaat De Caluwe er prat op dat voor elke euro subsidie een return van drie euro daar tegenover staat.

Impasse

Nog erger is het gesteld met het Koninklijk Conservatorium. Zo besloot de organisatie achter de Koningin Elisabethwedstrijd het concours te verplaatsen naar een andere zaal. Het conservatorium was de laatste vijftig jaar de locatie voor de voorrondes en de halve finales van de prestigieuze internationale wedstrijd. De organisatie ziet zich nu genoodzaakt om dit gedeelte van de wedstrijd te verhuizen naar het Flagey-gebouw, weg van de gebouwen van het KCB in de Regentschapstraat.

Het gebouw zelf is ontworpen in 1872 door de vermaarde architect Jean-Pierre Cluysenaar. Hij had voordien ook al de bekende Sint-Hubertusgalerij in het centrum van Brussel vormgegeven. Het Koninklijk Conservatorium heeft sinds zijn begin altijd al onderdak geboden aan grote nationale en internationale namen.

De renovatieplannen kunnen beginnen in 2013, maar het zal een werk van lange adem zijn, wat nefast zal zijn voor de totale kostprijs van het project. In januari 2011 had Vlaams Minister Pascal Smet (sp.a), al gedreigd met een onteigening van het gebouw om de zaak te versnellen, maar wegens de toenmalige politieke impasse is daar maar weinig van in huis gekomen.

Kind van de rekening

De slechte staat van het conservatorium is het gevolg van de communautair gespreide verantwoordelijkheid. Het gebouw is eigendom van de (federale) Regie der Gebouwen van België, maar de Vlaamse gemeenschap en de Franse gemeenschap organiseren onderwijs in het gebouw en zijn niet geneigd te investeren in de infrastructuur. Voor de Vlaamse Gemeenschap richt de Erasmushogeschool Brussel (EhB), de associatiepartner de VUB, het onderwijs in. Voor de Franstalige gemeenschap is dat Le Conservatoire Royal.

Die verdeeldheid heeft er dus al meer dan eens voor gezorgd dat het conservatorium het kind van de rekening is geworden. Al sinds de jaren ’70 probeert men een doorbraak te forceren in dit dossier, maar telkens wordt het project op de lange baan gezet. Om de krachten te bundelen en de gebouwen te redden, werd in het najaar van 2010 de vzw Conservamus opgericht.

Sijpelende regen

Conservamus heeft dit jaar als doelstelling om 15 miljoen euro bij elkaar te schrapen, om zo de concertzaal te kunnen renoveren. De ene helft zou van de overheid moeten komen, de andere wordt gezocht bij particulieren en in de bancaire wereld. Om hun strijd kracht bij te zetten, heeft Conservamus een vijftien minuten durende documentaire op het net geplaatst. Schokkende getuigenissen vermelden zelfs regen die door het plafond van de concertzaal sijpelt.

Het blijft echter maar de vraag hoe de overheid zal reageren op deze noodkreet. Het is niet vijf voor, maar vijf over twaalf, want in het verleden zijn er al vaak dure beloftes gedaan die in rook zijn opgegaan.

0 Comment