Vrijdenken als maatstaf

Immanuel Kant
Door Lieselotte Thys

De eerste vraag die we ons hier dienen te stellen is: wat is vrijdenken? Wanneer u deze vraag hoort, moet u er wellicht enkele ogenblikken over nadenken. Het eerste punt wordt hier onmiddellijk duidelijk: vrijdenken begint bij het denken. Mensen hebben sinds het begin der tijden gereflecteerd over de meest uiteenlopende aspecten van het leven. Van maatschappelijke thema’s tot de grootte van het heelal, van natuurwetten tot de spelregels van sport en spel. Niets is te gek of er is over nagedacht. Denken is zowat het enige gegarandeerd recht dat de mens bezit. Iedereen is vrij om te denken wat hij of zij wil en iedereen mag een mening vormen over elk thema waarover men een mening wil vormen.

Is het uiten van deze gedachten en meningen echter ook zo vrij? Een recente deelname aan een conferentie in het teken van radicale verlichting toonde aan dat zelfs onder de academici, actief binnen dit thema, er nog discussie bestaat over hoever men mag gaan in het uiten van zijn of haar gedachten. Hoe ver mag of kan men gaan in de uiting van meningen die anderen zouden kunnen kwetsen? Is het niet zo dat de vrijheid eindigt waar die van een ander begint? Vandaag de dag wordt het recht op vrije meningsuiting beschermd door verscheidene verdragen. Anderzijds wordt dit recht aan banden gelegd. Prof. Dr. Ludo Abicht van de Universiteit Antwerpen gebruikte in zijn lezing: “Radicalism and Extremism are mutually exclusive”, het weliswaar extreme voorbeeld van de ontkenning van de Holocaust. Moeten wij onze meningen temperen omdat andere deze mening niet kunnen begrijpen, appreciëren of aanvaarden? Aartsbisschop Léonard laat zich toch ook niet het zwijgen opleggen? Maar zijn zijn meningen niet het resultaat van de christelijke leer?

Zoals het een “goede” student betaamt vond ik volgende definitie van vrijdenken op Wikipedia: “Vrijdenkerij (in België: vrijzinnigheid) of vrijdenken, is de opvatting dat men zich in zijn denken uitsluitend door wetenschap en logica en niet door autoriteitsgeloof of traditie moet laten leiden. Vrijdenkers keren zich daarbij sterk tegen elke vorm van dogma.”

Vrijdenkers zullen trachten hun meningen te onderbouwen met feiten en logica en niet met meningen die men heeft verworven door pure indoctrinatie of omdat er nu eenmaal altijd zo over gedacht werd. Om terug te komen op het voorbeeld van de Holocaust: het merendeel van de wereldbevolking zal stellen dat de Holocaust effectief gebeurd is. Dit is een conclusie die men maakt uit de verzameling van feiten over dit onderwerp. Er is echter nog een aanzienlijk aandeel non-believers dat deze feiten tracht te weerleggen.

Als vermeende vrijdenker mag je er nooit van uitgaan dat je de volledige waarheid kent. Betekent dit dat zelfs de tegenargumenten in de discussie over de Holocaust serieus moeten worden genomen en worden onderzocht? Ja, als deze argumenten zogenaamd steunen op wetenschappelijke bevindingen en logica moet men op zoek gaan of deze kloppen. De kritische theorie in de studie van de Internationale Betrekkingen stelt dat men een bepaalde mate van kritische zelfreflectie en intellectueel engagement moet hebben ten aanzien van concurrerende theorieën. Dit is makkelijker gezegd dan gedaan. Men moet dus ook constant rekening houden met het feit dat iedere waarneming theorie-afhankelijk is, inclusief onze eigen waarneming. Meestal worden feiten geïnterpreteerd in het licht van onze eigen overtuigingen. Men moet bereid zijn tot het voortdurende proces van falsifiëren en bereid zijn te aanvaarden dat je het bij het verkeerde eind kan hebben.

Het eerste deel van het probleem is dat er maar een minderheid van de mensen deze houding willen of zelfs kunnen aannemen. Het is nu eenmaal gemakkelijker om je bij je argumenten te houden die ervoor zorgen dat je niet moet toegeven dat je misschien ongelijk hebt. Een ander deel van het probleem is dat niet alle personen weten hoe ze de juiste feiten moeten vinden. Academici en studenten zijn bekend met verschillende media en hebben toegang tot verschillende informatiebronnen. We zouden dus kunnen stellen dat vrijdenken iets is dat exclusief weggelegd is voor de academische elite die via hun kennis van de wetenschapsmethodologie zich een kritische houding weten aan te meten en een wetenschappelijk onderzoek kunnen voeren gevuld met feiten en logische verbanden.

Dit is waar het internet een belangrijke rol komt te spelen, samen met televisie, kranten, radio en andere media. Nieuws en feiten zijn meer en meer toegankelijk voor iedereen. Slechts één onderwerp typen in Google en een hele waaier van informatie staat te uwer beschikking. Die informatie moet men echter ook met een kritisch oog bekijken. There are two sides to every story, there’s one, there’s the other and there’s the truth. De volgende stap is het vergelijken van de verschillende informatiebronnen. Ga niet zomaar verkondigen: “Ik heb dit gelezen dus het is waar.”

Met de toenemende toegang tot informatie wordt de stroming vrijdenken ook meer en meer toegankelijk voor mensen buiten de academische wereld. Mensen beginnen na te denken over de huidige structuren in onze maatschappij en gaan misschien oplossingen of theorieën ontwikkelen die op hun beurt weer onder handen genomen kunnen worden door tegenstanders of juist door mensen die het willen verfijnen. Dit is een proces van vooruitgang, van constante verbetering.

Om het in de woorden van Emma Goldman te zeggen: “No real social change has ever been brought about without a revolution …Revolution is but thought carried into action.” Inderdaad, zonder mensen die nadenken zou de wereld stilstaan. Er zou geen vooruitgang geboekt worden in welk veld dan ook. En maar goed ook, in deze tijden van internationale economische en Belgische crises zijn er oplossingen nodig. Om te besluiten kunnen we stellen dat vrijdenken een zoektocht is die gaat van het pijnlijke besef als je iets niet weet, maar je trots opzij te zetten om het te vragen of gewoon achteraf op te zoeken tot het kunnen antwoorden op vragen van anderen en het kunnen deelnemen aan de talrijke discussies die er kunnen gevoerd worden.

Vrijdenken is ook een queeste naar je idealen, naar de argumenten om je idealen te kunnen blijven verdedigen, maar ook naar het besef dat jouw idealen die van anderen niet in de weg mogen staan. Anderen hebben net zoveel recht op hun eigen idealen als jij. Het belangrijkste is ervoor te zorgen dat datgene waarin je gelooft iets is waar je met je volle verstand kan achterstaan.

Ten slotte nog een oproep van Immanuel Kant: “Sapere aude!” Wat niet meer of minder betekent dan “Durf te denken!”

0 Comment